DE DIGITALE STAD

 

 

het eerste jaar

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

drs. C.A.T. Schalken

prof. dr. P.W. Tops

Katholieke Universiteit Brabant, december 1994

 

 

 

Woord Vooraf

 

Voor u ligt een rapport over 'het eerste jaar' van de Digitale Stad in Amsterdam. Het schetst het ontstaan en de verdere ontwikkeling van dit veel besproken experiment met een computernetwerk. Er is onderzoek gedaan onder de gebruikers van de Digitale Stad. Er worden vergelijkingen getrokken met ontwikkelingen in de Verenigde Staten en Canada. Een aantal problemen wordt besproken, maar ook worden toekomstige ontwikkelingsmogelijkheden geschetst.

Het rapport is tot stand gekomen dankzij financiële bijdragen van de gemeente Amsterdam en de Rijksvoorlichtingsdienst.

Tegelijk met dit rapport is door de eerste auteur met anderen gewerkt aan een "handboek digitale steden"; voor sommige paragrafen zijn de werkzaamheden en teksten voor beide projecten ineengevlochten.

Ten behoeve van dit rapport zijn gesprekken gevoerd met mevr. J. van der Giessen (wethouder van de gemeente Amsterdam), mevr. R. van Meerten (gemeente Amsterdam, afdeling BBI), R. Batelaan (wethoudersassistent), dhr. W. van der Kolk (secretaris Kamer van Koophandel Amsterdam) en enkele van zijn medewerkers, dhr. J.W. Tellegen (voorzitter van de Amsterdamse Telematicaraad) en dhr E. Wolf (afdeling voorlichting van de gemeente Amsterdam).

Wij danken hen allen voor de levendige en informatieve gesprekken. Tevens zeggen wij dank aan vele betrokkenen bij de Digitale Stad, die ons op een openhartige wijze deelgenoot van hun enthousiasme, opgewondenheid en teleurstellingen hebben willen maken.

 

drs. C.A.T. Schalken

prof.dr. P.W. Tops

 

 

 

 

Inhoudsopgave

 

 

 

Woord vooraf 3

Inhoudsopgave 5

Samenvatting: aandachtspunten voor de Digitale Stad 9

Inleiding 19

De Free-Nets-beweging in Noord Amerika 19

Het Amsterdamse experiment: De Digitale Stad 20

Wie zijn de inwoners van de Digitale Stad? 25

Potentiële toepassingen van de Digitale Stad 28

Ontwikkeling van toepassingen in de toekomst 35

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bijlage 1: Doelstellingen de Digitale Stad

Bijlage 2: Vragenlijst digitaal stadsmarktonderzoek

Bijlage 3: Special Interest Groups in het National Capital Free-Net

 

 

SAMENVATTING

 

Samenvatting: aandachtspunten voor de Digitale Stad

1. Algemeen.

Het fenomeen van de Digitale Stad staat niet op zichzelf. De Digitale Stad sluit aan bij technologische ontwikkelingen en met name bij de dynamiek van bestaande computernetwerken. In internationale rapporten als het Amerikaanse programma tot de aanleg van een National Information Infrastructure, of het Europese Bangemann-rapport wordt veel aandacht besteed aan de toekomstige communicatie- en informatie-infrastructuur. De ontwikkeling van de zogenaamde 'digitale snelweg' zal volgens deze rapporten onder meer gevolgen hebben voor de economische ontwikkeling, het niveau van onderwijs, de Europese integratie, het functioneren van de democratie en de efficiency van publieke diensten. In Nederland is voor het eerst ook in de Troonrede en in het 'Nationaal Actieplan digitale snelwegen' aandacht besteed aan de ontwikkeling van de Nederlandse informatie-infrastructuur.

De Digitale Stad bouwt voort op het open concept van het huidige Internet en de toekomstige 'digitale snelweg'. Om drie redenen is het van belang de Digitale Stad in dergelijke ontwikkelingen te plaatsen.

- In de eerste plaats is de Digitale Stad een concreet aangrijpingspunt in een tot nu toe vooral in abstractie gevoerde discussie. De Digitale Stad is een project dat in concreto laat zien wat de mogelijkheden en beperkingen van nieuwe informatie- en communicatiemedia zijn. Daardoor kan de discussie over de gevolgen daarvan meer geïnformeerd worden gevoerd.

- In de tweede plaats biedt de Digitale Stad een betrekkelijk grote groep mensen de kans om de mogelijkheden van de toekomstige informatiemaatschappij op een laagdrempelige wijze te verkennen. De toegang tot Internet is momenteel vooral voorbehouden aan wetenschappelijke instellingen, overheden en grote bedrijven. Via de Digitale Stad krijgen grotere gebruikersgroepen toegang tot de informatie- infrastructuur.

- In de derde plaats biedt de Digitale Stad de mogelijkheid om experimenten op te zetten rond nieuwe informatie- en communicatie-media. De Digitale Stad maakt het mogelijk om met weinig investeringen ervaringen op te doen met nieuwe technologie. Op deze wijze heeft het project een innovatieve functie en kunnen nieuwe markten worden verkend en ontwikkeld.

Uiteraard is het moeilijk te voorspellen hoe de informatie- en communicatietechnologie zich de komende jaren zal ontwikkelen. Ingrijpende veranderingen worden ons in het vooruitzicht gesteld. De Digitale Stad geeft de mogelijkheid om in dit opzicht een vinger aan de polsslag van de tijd te houden. Het concept Digitale Stad heeft echter geen eeuwigheidswaarde en kan vanzelfsprekend de komende jaren weer door nieuwe technologische en daarmee samenhangende maatschappelijke ontwikkelingen worden ingehaald. In de toekomst kan het bijvoorbeeld tot de mogelijkheden behoren de Digitale Stad te benaderen via het televisiekabelnetwerk. Het is daarom van belang dat de Digitale Stad een open en adaptief karakter blijft houden, zodat steeds op nieuwe ontwikkelingen kan worden ingespeeld.

 

 

2. Maatschappelijk initiatief

De Digitale Stad is ontstaan vanuit het maatschappelijk initiatief. Evenals in de Free-Nets in de Verenigde Staten en Canada geldt in Amsterdam bij de opzet en het beheer van de Digitale Stad het primaat van de burgerij. Op initiatief van twee maatschappelijke organisaties (Politiek-Cultureel Centrum de Balie en de Stichting Hack-Tic Netwerk) is het computernetwerk opgezet. Zij hebben voldoende kapitaal bijeengebracht om de benodigde apparatuur aan te schaffen en er voor gezorgd dat informatiebestanden van lokale overheden, bibliotheken, bedrijven en maatschappelijke instellingen voor het publiek zijn 'ontsloten'.

In de verhouding met het gemeentebestuur kan een dergelijk maatschappelijk initiatief deels stimulerend en vitaal maar ook deels problematisch zijn. Stimulerend en vitaal omdat het maatschappelijke betrokkenheid een maatschappelijk draagvlak voor het systeem garandeert. Problematisch omdat de verhouding tot de lokale overheid ook altijd kritisch zal zijn en er voor de lokale overheid weinig controle-mogelijkheden bestaan over het systeem. De lokale overheid is geen organisator van maar slechts participant in het proces.

 

3. Eenzijdig gebruikersprofiel

In de beginfase van de Digitale Stad is een enquête gehouden naar het profiel van de gebruikers. Daaruit bleek dat het bewonersprofiel een nogal eenzijdig karakter heeft. In de Digitale Stad wonen vooral jonge mannen met een hoge opleiding, vaak nog studerend of werkzaam in de particuliere- of overheidssector en met een grote interesse voor en vaardigheid in het gebruik van informatie- en communicatietechnologie. Vrouwen, ouderen en lager opgeleiden bleken sterk ondervertegenwoordigd in de Digitale Stad. Dit is duidelijk een bron van zorg, zeker indien de Digitale Stad verschillende functies, zoals het zijn van een platform voor informatieaanbieders, het vormen van een gemeenschapsnetwerk of het fungeren als medium voor communicatie tussen burger en bestuur, wil waarmaken.

De Digitale Stad verkeert echter nog in een experimentele fase waarin waarschijnlijk vooral 'early adapters' zich op het netwerk begeven. Het zou dus kunnen zijn dat het gebruikersprofiel in de loop van de tijd verandert en meer evenwichtig van aard wordt. De vereiste technische applicaties die nodig zijn om toegang tot de Digitale Stad te verschaffen, dalen momenteel sterk in prijs. Tevens wordt in het onderwijs aan informatie- en communicatietechnologie in toenemende mate aandacht besteed. Dergelijke ontwikkelingen kunnen in de toekomst de drempel naar systemen als de Digitale Stad verlagen.Ook als een grotere diversiteit aan diensten op de Digitale Stad tot ontwikkeling komt zal het experiment interessant worden voor een grotere gebruikersgroep.

Toch is het van belang deze ontwikkelingen niet passief af te wachten en na te denken over manieren waarop de geconstateerde eenzijdigheid actief kan worden doorbroken. In dit verband valt bijvoorbeeld te denken aan het plaatsen van meer publieke terminals in de stad. Om een actief gebruik van dergelijke terminals te garanderen kunnen zogenaamde 'digitale voorposten' worden ingericht. Op verschillende plekken in de stad worden dan terminals in beheer gegeven aan verenigingen, buurthuizen of instellingen. Ervaringen in de Digitale Stad, bijvoorbeeld met bejaardentehuis Flessenman, hebben geleerd dat er meer nodig is dan alleen het plaatsen van een terminal. Rondom die terminals dienen sociale netwerkjes te ontstaan, waarin het gebruik van computers aansluit of een aanvulling vormt op de reguliere, non-digitale activiteiten.

Ook kunnen terminals worden ingericht bij organisaties die daar een zeker commercieel belang bij hebben, zoals bijvoorbeeld de Kamer van Koophandel.

4. Democratie

Een Digitale Stad kan functioneren als platform waar (lokale) overheden in contact kunnen treden met burgers en omgekeerd. Overheidsdiensten kunnen het systeem gebruiken om informatie aan te bieden (zoals in de Digitale Stad het Amsterdamse BISA en PIGA-systeem en de informatie van politieke partijen rond de verkiezingen; ook de Rijksvoorlichtingsdienst zou hier een rol kunnen vervullen). Elektronische adressen worden gepubliceerd, waarlangs burgers contact kunnen opnemen met ambtenaren of bestuurders. In de Digitale Stad worden tevens platforms ingericht waarop discussies kunnen worden gevoerd over lokale issues. De Digitale Stad kan onder meer een bijdrage leveren aan:

- Verstrekken en verkrijgen van informatie. Burgers kunnen via de Digitale Stad op de hoogte worden gehouden van beleidsvoornemens en activiteiten van de gemeente Amsterdam. Omgekeerd kan de gemeente Amsterdam via de Digitale Stad informatie van burgers verkrijgen. Een voorbeeld van deze laatste toepassing is de enquête over het Plan Schaefer die in de stad was opgenomen.

In dit verband is het overigens vanuit de gemeente Amsterdam de moeite waard om na te denken over de vraag of de Digitale Stad het medium is waarop de verschillende data- en informatiebestanden in de richting van burgers kunnen worden geïntegreerd.

- Meldpunt voor vragen en klachten. Politici en ambtenaren zijn via de Digitale Stad rechtstreeks te benaderen. Burgers kunnen hun vragen en klachten direct richten tot de daartoe aangewezen persoon. Een ombudsman zou zich op de Digitale Stad kunnen begeven.

- Discussie en meningsvorming. Op verschillende wijzen worden in de Digitale Stad discussies gevoerd. Doordat binnen de Digitale Stad verschillende soorten informatie kunnen worden gekoppeld aan nieuwe wijzen van communicatie, is het mogelijk om over verschillende onderwerpen een 'geïnformeerde' discussie te houden. Een dergelijke discussie wordt momenteel gevoerd in het 'ROA-gebouw' over de vorming van een stadsprovincie Amsterdam.

- Besluitvorming. De Digitale Stad maakt het technisch mogelijk om besluitvorming te ondersteunen. In de stad kunnen 'stemlokalen' worden ingericht waar burgers hun mening kunnen geven over uiteenlopende onderwerpen. De vraagstelling kan worden gevat in een simpele ja/nee-redenering (zoals bij een referendum) of in een meer geavanceerde keuze-enquête waarin mensen worden geconfronteerd met de gevolgen van de keuze(n) die men maakt.

De Digitale Stad kan bijvoorbeeld ook een platform bieden aan groepen of organisaties die een correctief referendum willen organiseren (bijvoorbeeld ondersteuning bij het verzamelen van handtekeningen)

De Digitale Stad kan op deze wijze vooral een rol spelen in het ontwikkelen van vernieuwende vormen van inspraak en democratie.

 

5. Beleidssectoren.

De Digitale Stad kan in verschillende sectoren een ondersteunende rol vervullen. Vaak is dat vooral een kwestie van aandacht en creativiteit. Enkele voorbeelden zijn reeds in de Digitale Stad te vinden, zoals het ideeënbureau Amstelland van de Amsterdamse politie. Dit maakt van de Digitale Stad gebruik om aan bewoners preventietips uit te dragen en om ideeën op te doen over onderwerpen die te maken hebben met de voorkoming van kleine criminaliteit in de stad.

In de onderwijssector kan gebruik worden gemaakt van het netwerk voor doeleinden als 'leren op afstand' of computer-educatie. Te overwegen valt bijvoorbeeld om, in aansluiting op initiatieven van het ministerie van OC&W, in samenwerking met scholen een aparte kinderstad op de Digitale Stad tot ontwikkeling te brengen. Via Internet kan er dan ook (inter)culturele communicatie met kinderen uit andere werelddelen plaatsvinden.

Ook bedrijven kunnen in de Digitale Stad hun eigen kantoorruimten en vergaderruimten inrichten. Met name het midden- en kleinbedrijf en de dienstverlenende sector zou van deze faciliteit gebruik kunnen maken. De Kamer van Koophandel kan haar informatiebestanden op de Digitale Stad aanbieden.

 

6. Ondersteuning van het lokale gemeenschapsleven

De Digitale Stad kan dienen ter versterking van de sociale structuur in de werkelijke stad. Een van de verrassende ontwikkelingen rondom de Free-Nets in de Verenigde Staten is dat zij een veelgebruikt platform zijn om een deel van het verenigingsleven op te organiseren (zie bijlage 3). In plaats van bij te dragen aan verdere atomisering en verzakelijking van de samenleving, zoals vaak voetstoots verondersteld, kan de informatie- en communicatietechnologie dus ook nieuwe impulsen geven aan het lokale gemeenschapsleven. Daar waar traditionele ontmoetingsplaatsen hun functie soms verliezen, kan een digitaal gemeenschapsnetwerk dergelijke functies opnieuw creëren. Face-to-face contacten verliezen daarbij geenszins hun betekenis, maar het digitale netwerk ondersteunt in een aantal opzichten het functioneren van verenigingen en actiegroepen.

Belangrijk is in dit geval dat het netwerk een geografische vestiging heeft (De Digitale Stad richt zich actief op Amsterdam) en dat maatschappelijke groeperingen in het netwerk aanwezig zijn. In dergelijke gemeenschapsnetwerken kunnen hechte 'virtuele gemeenschappen' ontstaan. Belangrijk is in dit geval dat ook het verenigingsleven een aansluiting op het netwerk heeft. Daarover zou men (de Digitale Stad, de gemeente Amsterdam) met deze verenigingen in overleg kunnen treden.

Deze verenigingen kunnen de Digitale Stad gebruiken ten behoeve van onderlinge communicatie en uitwisseling van informatie, maar ook om grotere groepen mensen te interesseren in de activiteiten die zij verrichten. De zogenaamde 'Special Interest Groups' zijn bijvoorbeeld druk bezochte onderdelen van de Amerikaanse en Canadese Free-Nets.

Dit betekent echter niet dat de Digitale Stad de eigen gemeenschap niet kan overstijgen. Via het nationale of internationale netwerk kunnen vanuit de lokale gemeenschap contacten worden gelegd met de buitenwereld ('global community').

 

7. Functioneren van politiek en politieke partijen

Een netwerk als de Digitale Stad kan ook gevolgen hebben voor de wijze waarop politieke partijen hun werkprocessen inrichten. Verschillende mogelijkheden staan hun daarbij ter beschikking.

- Via de Digitale Stad kunnen politieke partijen hun bekendheid vergroten. Zowel personen als inhoudelijke standpunten kunnen er worden gepresenteerd (zo was het bijvoorbeeld mogelijk geweest dat de nieuwe Amsterdamse burgemeester, of het nieuwe college, een 'kennismakingsbezoek' aan de Digitale Stad had afgelegd). Partijen hebben de mogelijkheid hun eigen 'Partijkantoor' in de stad openen. In dat partijkantoor kan informatie worden aangeboden over de standpunten van de partij, aankondigingen van activiteiten en congressen en kunnen mogelijkheden tot communicatie met geïnteresseerden worden geopend. Voorbeeld is de wijze waarop GroenLinks zich presenteert in de grafische versie van de Digitale Stad.

- Politieke partijen kunnen in de Digitale Stad deelnemen aan de daar gevoerde discussies. Ook kunnen zij zich opwerpen als 'organisator' van het debat. Een medium als de Digitale Stad maakt het zeer eenvoudig bestaande interesse en expertise op onderwerp te verenigen. Daarbij moet wel worden gewezen op de bijzondere dynamiek van de elektronische discussie. Discussies kunnen zeer constructief van aard zijn, maar even vaak ontaarden zij ook in zogenaamde 'flame-wars' waarin onhebbelijkheden over en weer over het scherm vliegen.

- Politieke Partijen kunnen de faciliteiten die door de Digitale Stad worden geboden ook gebruiken om interne communicatie vorm te geven. Via zogenaamde 'mailing-lists' kunnen interne discussies over lokale onderwerpen worden ondersteund. Zonder daarvoor steeds opnieuw een ledenvergadering uit te roepen kunnen partijleden elektronisch worden geraadpleegd.

Naast effect op het functioneren van politieke partijen zelf, kan de Digitale Stad ook andere gevolgen hebben. Zo is de structuur van het netwerk waar de Digitale Stad onderdeel van uit maakt principieel non-hiërarchisch van aard. Een gemeentelijke organisatie is daarentegen ingericht volgens hiërarchische principes, met de politiek aan de top. Wat voor gevolgen dit zal hebben voor de contacten die via het netwerk worden gelegd en de discussies die daar worden gevoerd is niet duidelijk. Zo rijst bijvoorbeeld de vraag hoe het is gesteld met de verantwoordelijkheid van gemeente-ambtenaren die zich in de digitale discussies mengen. Moeten zij opereren binnen de bestaande kaders van politieke verantwoordelijkheid? Dit punt behoeft zeker aandacht indien politici en ambtenaren zich meer actief wil gaan opstellen in de Digitale Stad.

 

8. Het digitale stedennetwerk

Een groot deel van de bewoners van de Digitale Stad zijn momenteel niet afkomstig uit de regio Amsterdam. Zij bellen dus in op het systeem tegen interlokale telefoonkosten. Daarnaast vinden zij in de Digitale Stad veel informatie over Amsterdamse instellingen en overheden; de voor deze gebruikersgroep meer interessante lokale informatie is voor hen niet ontsloten. Het voorbeeld van de Digitale Stad in Amsterdam heeft een groot aantal mensen in andere steden op het idee gebracht over te gaan tot een zelfde initiatief. Voorbeelden daarvan zijn Eindhoven, Rotterdam, Utrecht, Groningen en Den Haag. Zij zijn op zoek naar middelen om hun eigen Digitale Stad in te richten en te onderhouden. Indien aldus voldoende initiatieven ontstaan, kunnen de Digitale Steden aan elkaar worden gekoppeld zodat een landelijk digitale stedennetwerk ontstaat, dat uiteindelijk aan alle Nederlanders toegang kan gaan verschaffen tot de Nederlandse Informatie Infrastructuur.

De initiatiefnemers van de Digitale Stad krijgen vanuit de lokale initiatieven vele verzoeken tot informatie en ondersteuning. De Digitale Stad vervult daarmede naast een lokale ook een nationale functie. Het ligt voor de hand om een aantal taken die de Amsterdamse Digitale Stad nu nog vervult af te scheiden en in een landelijke, overkoepelende organisatie onder te brengen.

 

9. Professionalisering organisatie de Digitale Stad

Het huidige subsidiemodel van de Digitale Stad heeft een sterk ad-hoc karakter. Subsidiënten zijn gevraagd een bijdrage te leveren voor de kostendekking van de Digitale Stad in het jaar 1994. Zij leveren hun bijdrage voor het 'concept' de Digitale Stad in het geheel. Momenteel zijn subsidies afkomstig van lokale en nationale overheden (gemeente Amsterdam, Ministerie van Economische Zaken en het Ministerie van Binnenlandse Zaken).

Om goede service te kunnen bieden aan de gebruikers, de informatie-aanbieders en de vrijwilligers is het van groot belang dat de Digitale Stad een stabiel karakter krijgt. De Digitale Stad is momenteel afhankelijk van overheidssubsidies. Het is niet waarschijnlijk, en in een aantal opzichten ook niet wenselijk, dat lokale en nationale overheden een dergelijke 'open-eind' regeling een structureel karakter zullen geven. De afhankelijkheid van ad-hoc subsidieverstrekkingen creëert voor de Digitale Stad instabiliteit en onzekerheid. Met name voor informatieaanbieders is een stabiele infrastructuur van groot belang. Zij eisen zekerheid dat de Digitale Stad kwaliteit en continuïteit aan de gebruikers levert. In het kader van de 'sustainability' is het dus van groot belang een financieringsstructuur te ontwikkelen voor de langere termijn. Verschillende vormen kunnen worden gezocht om naast de lokale en nationale overheid ook bedrijven, maatschappelijke instellingen en gebruikers daarbij te betrekken. De uitdaging voor de Digitale Stad is de informatie- en communicatiebehoefte van de lokale gemeenschap te vertalen in diensten die aan de gemeenschap worden geleverd. Deze diensten kunnen zowel worden geleverd aan de (lokale) overheid, maatschappelijke instellingen, bedrijven als bewoners/gebruikers. Zij kunnen dan ook worden gevraagd een bijdrage te leveren voor de service die aan hen wordt verleend. Aan de 'klanten' van de Digitale Stad wordt op deze wijze een prijs berekend voor de aan hen geleverde diensten. De gemeente Amsterdam zou bijvoorbeeld daarmee geen subsidie meer geven aan de Digitale Stad, maar een bedrag betalen voor de plaatsing van de informatiebestanden PIGA en BISA in de Digitale Stad en voor de ondersteuning bij concrete projecten.

Een dergelijke financieringsstructuur vereist van de kant van de Digitale Stad een professionalisering van de organisatie. Doordat de Digitale Stad is opgezet als een tien-wekelijks experiment, is in eerste instantie weinig aandacht besteed aan de interne organisatiestructuur. Volstaan werd met een kleine stuurgroep, ondersteund door een aantal (technische) uitvoerders. Recentelijk is gekozen voor de 'stichtings'-vorm met een algemeen bestuur en een dagelijks bestuur. Binnen een dergelijke stichtingsvorm wordt gezocht naar een structuur waarin vrijwilligers en bewoners actief kunnen worden betrokken bij de organisatie.

Een dergelijke professionalisering, die overigens niet altijd probleemloos verloopt, zo leren de ervaringen in de Verenigde Staten, is voor een verdere ontwikkeling van de Digitale Stad van groot belang. Zij zou daarom bijvoorbeeld door de gemeente Amsterdam waar mogelijk ondersteund moeten worden, zonder dat afbreuk wordt gedaan aan het maatschappelijk-initiatief-karakter van de Digitale Stad.

 

10. Tot slot

Veel is nog in beweging als het gaat om de informatiesamenleving. We hebben te maken met ontwikkelingen die tot op grote hoogte onvoorspelbaar, ongrijpbaar en ambigu zijn. De Digitale Stad is onze ogen vooral te zien als een verkenning van en een experiment met deze onvoorspelbaarheid en ambiguïteit. Dat is de grote waarde ervan. In deze bijdrage hebben wij vooral een aantal concrete aangrijpingspunten geschetst voor een debat over en beleidsvorming ten aanzien van de Digitale Stad. De wat algemenere, zo men wil filosofischer dimensie van de ontwikkelingen is daarmee wellicht wat onderbelicht gebleven. Deze komen als het ware via de concrete ontwikkelingen en toepassingen aan de orde. Bijvoorbeeld als het gaat om de kwaliteit van het publieke discours op digitale netwerken. Maakt het voor de inhoud van de communicatie iets uit, dat deze langs digitale weg plaatsvindt. Verandert daardoor het karakter van de discussie? Of wat betekent het bijvoorbeeld dat een hiërarchisch gestructureerde organisatie als de gemeentelijke overheid allerlei contacten aangaat met een in wezen non-hiërarchisch computernetwerk? Dat stelt weer allerlei nieuwe vragen over ambtelijke en politieke verantwoordelijkheden aan de orde. Op deze wijze bezien is de Digitale Stad niet alleen een experiment met computers maar vooral een experiment met de vragen, problemen en uitdagingen die door de oprukkende informatie- en communicatietechnologie vaak indringend aan de orde worden gesteld.

Het past bij het karakter en het imago van een stad als Amsterdam dat men bij dit soort ontwikkelingen vooraan staat en ruimte biedt voor verkenningen van het onbekende.

 

RAPPORTAGE

 

Inleiding

Met het versturen van een e-mail bericht aan de Amerikaanse Vice-President Gore, opende de Amsterdamse wethouder de Grave op 15 januari 1994 de Digitale Stad. De Digitale Stad heeft geen geografische ligging op de Nederlandse landkaart. De Digitale Stad is een computer, die in verbinding staat met een wereldwijd netwerk van computers en zo een 'virtuele gemeenschap' vormt.

De Digitale Stad is ontwikkeld in samenwerking tussen het Amsterdamse cultureel centrum de Balie en de uit de wereld van computeractivisten voortkomende stichting 'Hacktic Netwerk' (sinds kort genaamd de stichting 'xs4all', spreek uit: access for all). De stad is ontwikkeld naar het model van zogenaamde 'Free-Nets' die in het midden van de jaren '80 in de Verenigde Staten zijn opgezet. Bekende voorbeelden van dergelijke FreeNet-systemen zijn het Cleveland Community Computer System, het Denver Free-Net (beide in de Verenigde Staten) en het National Capital Free-Net (Ottawa, Canada).

 

De Free-Nets-beweging in Noord Amerika

Het Amsterdamse experiment met de Digitale Stad staat dus niet op zichzelf. Een belangrijke inspiratiebron voor de initiatiefnemers van de Digitale Stad waren de uit de Verenigde Staten en Canada afkomstige 'Free-Nets'. Free-Nets zijn zogenaamde 'community-networks', ook wel 'virtuele gemeenschappen' genoemd. In die virtuele gemeenschap gebeurt alles wat in de werkelijke wereld ook gebeurt, zij het digitaal. De metafoor van de 'stad' wordt dan ook zo veel mogelijk aangehouden om de gebeurtenissen te beschrijven.

Het eerste Free-Net-systeem is in 1985 in Cleveland opgericht door Tom Grundner die momenteel directeur is van het NPTN (National Public Telecomputing Network), het overkoepelend orgaan van alle Free-Nets in de wereld. Het Cleveland Free-Net is inmiddels uitgegroeid tot het grootste ter wereld, met een deelnemersaantal van ruim 24.000.

Een Free-Net heeft een aantal specifieke kenmerken. In de eerste plaats is het concept Free-Net ontwikkeld en ten uitvoer gebracht door vertegenwoordigers uit het maatschappelijk veld ('grassroots-movement') en niet door overheidsorganisaties. De Free-Nets in de Verenigde Staten en Canada worden vooral door vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties opgericht, ingericht en onderhouden. In dit opzicht geldt voor de Free-Nets dus het primaat van de burgerij. Op initiatief van deze maatschappelijke organisaties wordt de informatiebehoefte van de lokale gemeenschap geïnventariseerd. Zij zorgen ervoor dat voldoende kapitaal bijeen wordt gebracht (in veel gevallen door subsidiëring door lokale overheden, maatschappelijke instellingen en gebruikers) om de benodigde apparatuur te kunnen aanschaffen. De vrijwilligers zorgen er daarnaast voor dat informatiebestanden die bij lokale overheden, bibliotheken en andere instellingen in beheer zijn voor het grote publiek worden 'ontsloten'. Iedereen in het bezit van een computer met modem kan vervolgens gratis (op de telefoonkosten na) op het systeem inbellen. Tevens wordt voorzien in een aantal 'public access terminals', zodat degenen die niet over de benodigde apparatuur beschikken, in publieke ruimten toegang tot het systeem kunnen krijgen. Belangrijk in het concept van de Free-Nets is, dat het niet alleen gaat om het beschikbaar stellen van informatie, moor ook om het creëren van nieuwe communicatiemogelijkheden. In dit verband wordt onder andere een on-line verbinding gemaakt met Internet. In een Free-Net systeem wordt bijvoorbeeld ruimschoots de mogelijkheid gegeven tot communicatie via electronic mail (e-mail of elektronische post), via diverse discussiegroepen, en via 'online' en 'real-time' discussiegroepen of 'babbelboxen' (ook wel genaamd IRC of Internet Remote Chat). Een voordeel van de aansluiting op Internet is dat de Free-Nets gekoppeld kunnen worden aan reeds bestaande netwerken. De reikwijdte overschrijdt daarmee het geografische gebied waar de Free-Nets zich in eerste instantie op richten. Zowel lokale, federale als nationale databanken worden op deze wijze voor een grote groep mensen ontsloten. Daarnaast geven de Free-Nets de mogelijkheid om andere Free-Nets te bezoeken, waardoor een landelijk netwerk ontstaat.

De combinatie van het vanuit maatschappelijk initiatief verzamelen en gratis aanbieden van informatie en het voorzien in mogelijkheden tot onderlinge communicatie, is in de Verenigde Staten en Canada een duidelijke succesformule gebleken. Na het Cleveland Free-Net volgden al snel anderen als het Denver Free-Net (in de Verenigde Staten) en het National Capital Free-Net (Ottawa, Canada). Inmiddels heeft de ontwikkeling van deze Free-Nets in de Verenigde Staten en Canada een behoorlijke vlucht genomen. Bij de NPTN zijn inmiddels 42 systemen aangesloten. Daarnaast bestaan contacten met 142 oprichtingscommitees in Noord-Amerikaanse steden. Waarschijnlijk zal in de nabije toekomst iedere zichzelf respecterende stad in Noord Amerika over een eigen Freenet beschikken.

Nationale en lokale overheden in Noord Amerika hebben inmiddels het concept van de Free-Nets omarmd. De Clinton-Gore regering heeft de NPTN een 'grant' van 20 miljoen dollar verstrekt om een zogenaamd 'Rural Area Network' op te zetten dat het ook voor minder verstedelijkte gebieden mogelijk moet maken een eigen Free-Net op te zetten. De Canadese provincie Manitoba heeft het Free-Net van Winnipeg 40 miljoen dollar verstrekt om een netwerk van lokale inbelpunten te realiseren, dat voor iedere stad in de provincie de oprichting en onderhoud van een eigen Free-Net moet faciliteren.

 

Het Amsterdamse experiment: De Digitale Stad

algemeen

De Digitale Stad is evenals de meeste Free-Nets op drie manieren te bereiken: via een Personal Computer met modemaansluiting, via het Internet of via diverse in de stad opgestelde publieke terminals. Op verschillende plaatsen in Amsterdam zijn dergelijke publieke terminals verstrekt: in het Stedelijk Museum, de Openbare Bibliotheek en de Balie.

De Digitale Stad heeft in de landelijke media veel aandacht gekregen. Uitvoerige berichtgeving in de nationale en lokale kranten en opiniebladen en aandacht van het NOS-journaal, de VPRO en zelfs de popzender MTV-Europe, hebben de Digitale Stad in een snel tempo bekend gemaakt bij het publiek. De belangstelling voor deelname aan het project was in de beginfase dan ook overweldigend. De 20 modemlijnen die beschikbaar werden gesteld, bleken reeds in de eerste week ontoereikend. Ondanks het terugbrengen van de 'inlogtijd' van een uur naar een half uur en het in ijltempo aanleggen van extra telefoonlijnen, bleven de wachttijden voor de Digitale Stad aanzienlijk. In de berichtgeving werd dan ook al snel gesproken over 'filevorming' voor de Digitale Stad. Inmiddels heeft de Digitale Stad ruim 15.000 deelnemers en wordt per dag ruim 3.000 maal contact gelegd met het systeem (stand per 10 december 1994).

De Digitale Stad biedt vele verschillende mogelijkheden. Het hoofdmenu geeft een indruk van deze mogelijkheden.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

In de Digitale Stad staat een postkantoor waar je elektronische post kunt verzenden en ontvangen; een centraal station waar wereldreizen via Internet (het snelst groeiende internationaal datanetwerk ter wereld met naar schatting ruim 20 miljoen gebruikers) binnen enkele minuten worden volbracht; een plein met cafés waar via de IRC (Internet-Relay-Chat) contact gelegd kan worden met vrienden in Japan, de Verenigde Staten of gewoon in Groningen en is er ook een kantoorwijk waar informatie kan worden verkregen van instellingen van verschillende pluimage als de Anne-Frankstichting of het anarchistische Nomen Nescio. In het stadhuis is een verbinding gelegd met politieke partijen, de persoonlijke werkplekken van de ambtenaren en met twee gemeentelijke databestanden: het publieksinformatiesysteem PIGA en het bestuurlijk informatiesysteem BISA. In deze systemen kan gericht naar informatie worden gezocht met behulp van zoeksleutels.

De aangeboden informatie-bestanden in de Digitale Stad worden veelvuldig geraadpleegd (het BISA werd in de eerste tien weken ruim 9.000 maal geraadpleegd).

Naast verschillende mogelijkheden tot het zoeken -en vinden- van informatie biedt de Digitale Stad eveneens een scala aan discussieplatforms met als onderwerpen 'Schiphol en zijn uitbreidingen', 'bouwen en breken in Amsterdam' en 'Criminaliteit'. Het stimuleren van het publieke debat is steeds een van de belangrijkste doelstellingen geweest bij de opzet van de Digitale Stad. Om deze reden is de keuze gemaakt het experiment uit te voeren in de periode voor en na de gemeenteraadsverkiezingen. De diverse discussieplatforms worden in verschillende mate bezocht. Met name de discussies onder de noemer 'Technopolis' (over met de verhouding tussen informatietechnologie en democratie) 'multiculturele stad en racisme' en de discussie over de Digitale Stad zelf (met als 'hot-item' de democratie binnen de Digitale Stad), hebben een groep van 50 á 60 deelnemers die regelmatig een bijdrage aan de discussie leveren. Een noemenswaardige discussie is in het forum 'multiculturele stad en racisme' ontstaan tussen enkele inwoners van de Digitale Stad en een bewoner die bekend maakte voor de gemeenteraad op de Centrum Democraten te stemmen.

nieuwe ontwikkelingen in de Digitale Stad

Een belangrijke vooruitgang op het Internet is de ontwikkeling van de 'grafische interface'. In 1993 werd informatie op het Internet vrijwel uitsluitend als tekst aangeboden. Deze tekst kon worden geraadpleegd via verschillende 'protocollen' als 'telnet', 'ftp' en 'gopher'. Overeenkomstig de stand van de techniek op het Internet werd in de eerste versie van de Digitale Stad alleen tekst aan de gebruikers gepresenteerd. Het software-programma 'FreePort' zorgde daarbij voor de benodigde koppeling tussen de verschillende Internet-protocollen. Het nadeel van deze methode is dat voor het verrichten van verschillende activiteiten als het versturen van mail en het schrijven van een bijdrage in een nieuwsgroep een groot aantal verschillende commando's vereist zijn. Een commando als 's' kan dan in het ene programma betekenen dat een bestand wordt opgeslagen, maar in een ander programma kan het juist het omgekeerde betekenen.

In 1994 is een standaard voor het Internet in opkomst gekomen, die niet alleen de verschillende protocollen van het Internet integreert in één programma, maar die tevens een grafische interface biedt. Deze kan geïntegreerd tekst, beeld en geluid aanbieden. De hiervoor ontwikkelde standaard heet het 'World Wide Web' (WWW). Op 15 oktober 1994 is de Digitale Stad getransformeerd naar een versie 2.0 die is gebaseerd op deze nieuwe Internet-standaard. Wie over de benodigde hard- en software beschikt (thuis, via werk of school) kan opgemaakte pagina's met geïntegreerd (bewegend) beeld en/of geluid ontvangen en kan via een grafische interface navigeren binnen de Digitale Stad en daarbuiten. De Digitale Stad blijft echter op de 'oude' manier toegankelijk voor gebruikers die geen beschikking hebben over de vooralsnog hoge systeemeisen voor het WWW. Dat ook de tweede versie van de Digitale Stad kan rekenen op een grote belangstelling blijkt uit de meest recente cijfers. In oktober werd de stad gemiddeld 3.000 maal per dag bezocht; en de eerste drie weken werden er 680.000 pagina's uit de stad opgevraagd en bekeken.

De Digitale Stad volgt met de ontwikkeling van de versie 1.0 naar 2.0 de dynamiek van het net waar men gebruik van maakt. Dat betekent dat in de Digitale Stad een voortdurende innovatie plaats vindt. Zoals de techniek niet stil staat, zo staat ook de Digitale Stad niet stil. Nieuwe applicaties zullen steeds opnieuw worden toegepast. Dat geldt ook als het gaat om het volgen van de ontwikkelingen rond de 'digitale snelweg'. In de toekomst zal de datacommunicatie die momenteel via het telefoonnetwerk loopt wellicht via andere media verlopen. Een integratie van het televisie- en telefoonnetwerk behoort bijvoorbeeld tot de mogelijkheden. Dergelijke ontwikkelingen worden door de Digitale Stad op de voet worden. Er wordt niet bij voorbaat vanuit gegaan dat de bestaande standaarden definitief zijn vastgelegd. Daarmee krijgt het innovatieve en open karakter van de Digitale Stad een extra dimensie.

Knelpunten in de Digitale Stad

In het eerste jaar van het bestaan van de Digitale Stad zijn een aantal knelpunten geconstateerd. Deze knelpunten hebben betrekking op de toegankelijkheid van het systeem, de professionaliteit en financiële onafhankelijkheid van de organisatie, de publieke terminals en de wijze waarop discussies worden gevoerd.

- Toegankelijkheid van het systeem: filevorming voor de stad

Doordat grote aantallen mensen tegelijkertijd proberen in te loggen op de digitale stad kunnen voor de gebruikers lange wachttijden ontstaan. Hoewel het aantal modem-connecties en telefoonlijnen inmiddels is uitgebreid tot 50, is er nog steeds sprake van filevorming voor de Digitale Stad. Met de komst van de nieuwe grafische interface is daar een probleem bijgekomen. Het ophalen van grafische informatie geeft een grote belasting op het computersysteem. Het gevolg is dat de afhandeling van de commando's traag verloopt. In de toekomst kan een uitbreiding van het aantal telefoonconnecties en opslag- en geheugencapaciteit dergelijke problemen voorkomen.

- Kwetsbaarheid van het systeem

In de korte geschiedenis van de Digitale Stad is gebleken dat het systeem nog erg kwetsbaar is. Reeds in de beginfase kreeg de stad bezoek van een 'inbreker' (een zogenaamde 'hacker') die moedwillig een aantal bestanden heeft beschadigd. Kwetsbaar is ook de hardware van de Digitale Stad zelf. Een 'crash' van de harde schijf waarop de Digitale Stad is opgeslagen in november 1994 zorgde ervoor dat een groot deel van het archief van de stad, waaronder alle bijdragen in de discussiegroepen, op slag waren verdwenen. Een back-up van deze bestanden bleek niet voorhanden (inmiddels wordt op initiatief van een aantal bewoners een poging ondernomen een deel van de nieuwsgroepen te restaureren). Ook blijken sommige bewoners er plezier aan te beleven onder een valse naam een account aan te vragen om op die wijze anoniem of onder de naam van een ander hun bijdrage aan de discussie te leveren. Tegen dergelijke onregelmatigheden is de Digitale Stad op dit moment nog onvoldoende beveiligd. In de toekomst zal daar de nodige aandacht aan besteed moeten worden.

 

- Professionaliteit organisatie

Doordat de Digitale Stad is opgezet als een tien-wekelijks experiment, is in eerste instantie weinig aandacht besteed aan de interne organisatie van de Digitale Stad. Volstaan werd met een kleine stuurgroep, ondersteund door een aantal (technische) uitvoerders. Een deel van die uitvoerders werkt op vrijwillige basis bij de digitale stad. Het succes van de Digitale Stad heeft echter tot gevolg gehad dat de stuurgroep te maken kreeg met een groot aantal bewoners, informatie-aanbieders en andere belanghebbenden. Om de stabiliteit en betrouwbaarheid van de organisatie te kunnen handhaven is een zekere mate van professionalisering van de organisatie vereist.

Recentelijk is gekozen voor de 'stichtings'-vorm met een algemeen bestuur en een dagelijks bestuur. Binnen een dergelijke stichtingsvorm wordt gezocht naar een structuur waarin vrijwilligers en bewoners actief kunnen worden betrokken bij de organisatie (bewoners vragen ook uitdrukkelijk om bij de gang van zaken te worden betrokken). Daarbij is het uitgangspunt een 'platte' organisatie waarin taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden worden gedecentraliseerd. Er worden onder meer units gevormd rond diverse wijken in de Digitale Stad: overheid, ideële organisaties, winkels en bedrijven, kunst en cultuur etc.

Overigens vereist deze manier van werken een niveau van professionaliteit en betrouwbaarheid, die gemakkelijk spanning kan opleveren met het vrijwilligers-karakter van de organisatie. Allerlei soms moeizame discussies over financiering en 'commercialisering' liggen in het verschiet, zo leren ook ervaringen in Noord-Amerika.

- Financiële onafhankelijkheid

Om goede service te kunnen bieden aan de gebruikers, de informatie-aanbieders en de vrijwilligers is het van groot belang dat de Digitale Stad een stabiel karakter krijgt. De Digitale Stad is momenteel afhankelijk van overheidssubsidies. Het is niet waarschijnlijk dat lokale en nationale overheden een dergelijke 'open-eind' regeling een structureel karakter zullen geven. De afhankelijkheid van ad-hoc subsidieverstrekkingen creëert instabiliteit en onzekerheid. Met name voor informatieaanbieders is een stabiele infrastructuur van groot belang. Zij eisen zekerheid dat de Digitale Stad kwaliteit en continuïteit aan de gebruikers levert. In het kader van de 'sustainability' is het dus van groot belang een financieringsstructuur te ontwikkelen voor de langere termijn. Verschillende vormen kunnen worden gezocht om naast de lokale en nationale overheid ook bedrijven, maatschappelijke instellingen en gebruikers daarbij te betrekken. De uitdaging voor de Digitale Stad is de informatie- en communicatiebehoefte van de lokale gemeenschap te vertalen in de diensten die aan de gemeenschap worden geleverd. Deze diensten kunnen zowel worden geleverd aan de (lokale) overheid, maatschappelijke instellingen, bedrijven als bewoners/gebruikers. Zij zullen dan ook een bijdrage moeten leveren voor de service die aan hen wordt verleend. Aan de 'klanten' van de Digitale Stad wordt op deze wijze een prijs berekend voor de aan hen geleverde diensten.

- Discussie binnen de Digitale Stad: digitale vlammenwerpers.

Binnen de Digitale Stad worden over allerlei onderwerpen discussies gevoerd. Deze discussies zijn zeer verschillend van aard. Enerzijds worden er constructieve discussies gevoerd, anderzijds ontstaan er ook agressieve en zelfs hier en daar zeer onprettige persoonlijke discussies. Dit verschijnsel staat op het Internet bekend als 'flaming', naar de digitale vlammenwerpers die de deelnemers aan de discussie in de aanslag hebben. Digitale discussies hebben een eigenheid die het mogelijk maakt steeds direct te reageren op berichten die op het scherm verschijnen. In die zin lijkt het op een werkelijke discussie tussen personen. De bijdragen die de discussianten leveren worden echter opgeslagen en zijn voor iedereen leesbaar en herleesbaar. De digitale discussie combineert daarmee de vluchtigheid van een 'face-to-face'-discussie en de eeuwigheid een briefwisseling. Dat creëert een dynamiek die eenvoudig kan leiden tot zogenaamde 'flame-wars'. Dergelijke 'flame-wars' hebben meestal een looptijd van één à twee weken, en eindigen vaak met het verzoek van bewoners die niet direct betrokken zijn bij de discussie om de discussie te beëindigen of via e-mail voort te zetten.

 

Wie zijn de inwoners van de Digitale Stad?

De Digitale Stad biedt voor elk wat wils: informatie, communicatie en zelfs mogelijkheden tot het aanknopen van sociale relaties. Het 'experimentele' karakter van de Digitale Stad staat daarbij steeds voorop. Veel toepassingen moeten zich nog nader uitkristalliseren, en vele vragen blijven daardoor voorlopig nog onbeantwoord

Omdat de Digitale Stad blijkens de aandacht in de media en het onverwacht hoge aantal deelnemers met veel enthousiasme is ontvangen, is de vraag naar de samenstelling van deze gebruikersgroep van belang. In een veel genoemde kritiek zou de Digitale Stad immers vooral een speeltje zijn voor 'technojunks' en 'cyberpunks'.

Om de vraag te beantwoorden is in samenwerking met de organisatoren van de Digitale Stad een zogenaamd 'digitaal stadsmarktonderzoek' uitgevoerd. De volgende vragen zijn daarin gesteld: "wie zijn de inwoners van de stad, waarom nemen zij aan het experiment deel, wat doen zij er, en hoe waarderen zij de Digitale Stad?"

In de maand april en de eerste week van mei van het jaar 1994 werd in het hoofdmenu van de Digitale Stad een extra item opgenomen onder de kop 'ENQUÊTE'. Na de keuze van deze optie werd een uitleg gegeven over de bedoeling van het onderzoek en kon men beslissen aan het onderzoek deel te nemen (iedere bewoner kon slechts één maal de enquête invullen). De vragenlijst zoals die in het menu was opgenomen, is als bijlage 2 bij dit stuk gevoegd. In totaal hebben 1197 inwoners de enquête volledig ingevuld. Omdat dergelijke elektronisch onderzoeken nog weinig zijn uitgevoerd, is de representativiteit van de steekproef moeilijk te bepalen. Vooralsnog zijn er weinig redenen te veronderstellen waarom een specifieke groep bewoners de enquête niet zou hebben beantwoord.

In het vervolg wordt een verslag gegeven van de eerste resultaten van de enquête, en wordt een korte beschouwing gegeven over de betekenis van deze gegevens voor de doelstellingen van de Digitale Stad.

 

 

Sexe

Maar liefst 91 procent van de Digitale Stad-bewoners is van het mannelijke geslacht. Het algemene beeld is al dat informatie-en communicatietechnologie vooral een mannenzaak is, maar de mannelijke meerderheid in de Digitale Stad is toch overweldigend. Dit is echter geen exclusief probleem voor de Digitale Stad. Voorzichtige schattingen naar de participatie van vrouwen op Amerikaanse Internet-verschaffers als Compuserve of America Online laten een zelfde beeld zien: slechts 10 tot 15 procent van de online populatie is vrouwelijk (Trouong et al, 1993).

Leeftijd.

De Digitale Stad is een jonge stad, niet alleen jong in het bestaan, maar ook jong door de leeftijd van de inwoners. Uit tabel 2 blijkt dat ruim 58 procent van de inwoners dertig jaar of jonger is. De jongste inwoner geeft aan te zijn geboren in 1986 (8 jaar oud dus). In de leeftijdscategorie van 31 tot 50 jaar bevindt zich ruim 38 procent van de dds-bewoners. Ouderen zijn sterk ondervertegenwoordigd in de stad. Slechts 3.4 procent van de inwoners is de vijftig gepasseerd. De oudste inwoner in de enquête geeft aan in 1918 te zijn geboren (een respectabele leeftijd van 76 jaar).

Tabel 1 LEEFTIJD

8-18 jaar 5.9%

19-25 jaar 29.0%

25-30 jaar 23.3%

31-35 jaar 15.7%

36-40 jaar 10.9%

41-50 jaar 11.8%

51 jaar en ouder 3.4%

 

Opleiding en werkzaamheden

De inwoners van de Digitale Stad zijn hoog opgeleid. Maar liefst 72 procent van de inwoners heeft een HBO- of Universitaire opleiding gevolgd, of is deze op dit moment nog aan het volgen (tabel 2).

Tabel 2. OPLEIDING

lager onderwijs 1.1%

LBO, MAVO/(M)ULO 3.9%

MBO, HAVO, VWO 23.1%

HBO 24.7%

WO 47.3%

Lager opgeleiden zijn in de Digitale Stad slecht vertegenwoordigd. Naast de grote populatie hoger opgeleiden in de Digitale Stad zijn ook studenten en scholieren sterk vertegenwoordigd. Bij de vraag naar de huidige positie van de respondenten geeft 31 procent aan momenteel naar school te gaan of te studeren.

Tabel 3. WERKZAAMHEDEN

loondienst overheid/semi overheid 21.2%

loondienst particuliere sector 27.3%

zelfstandig beroep 12.4%

werkzaam in het huishouden 0.1%

student/scholier 31.0%

werkloos/arbeidsongeschikt/gepensioneerd etc. 7.7%

Studenten vormen dus de grootste categorie in de Digitale Stad. Zij worden echter op de voet gevolgd door degenen die werkzaam zijn in loondienst in de particuliere sector (27.3 procent).

Algemene interesses

Om te kunnen bepalen waar de specifieke interessegebieden liggen van de inwoners van de Digitale Stad, is gevraagd naar hun interesses. Meerdere antwoorden konden daarbij worden aangekruist.

 

Tabel 4. INTERESSES

Computertechnologie 76,6%

Kunst/Cultuur 43.3%

Politiek/Democratie 41,0%

Maatschappijwetenschappen 31,3%

Economie 27,2%

Sport 22,5%

Anders 24.4%

Het zal niet verbazen, maar de computertechnologie heeft de meeste aandacht van de inwoners van de Digitale Stad. De Digitale Stad is natuurlijk een computersysteem, waardoor de liefhebbers van dergelijke systemen zich sneller geroepen voelen aan het project deel te nemen. Toch geeft nog ruim 23 procent van de inwoners van de Digitale Stad aan geen expliciete interesse te hebben voor de computertechnologie. Het feit dat voor deelname aan de Digitale Stad toch een zekere vaardigheid in het omgaan met die computers is vereist, is voor hen geen belemmering.

Het profiel van de inwoner van de Digitale Stad

Bovenstaande cijfers geven een beeld van de gemiddelde bewoner van de Digitale Stad. Het totaal-beeld is daarbij nogal eenzijdig. In de Digitale Stad wonen vooral jonge mannen met een hoge opleiding, vaak nog studerend of werkzaam in de particuliere- of overheidssector en met een grote interesse voor en vaardigheid in het gebruik van informatie- en communicatietechnologie. Vrouwen, ouderen en lager opgeleiden zijn sterk ondervertegenwoordigd in de stad.

De Digitale Stad verkeert nog in een experimentele fase waarin waarschijnlijk vooral 'early adapters' zich op het netwerk begeven. Het algemene profiel van deze groep neigt sterk naar het profiel van de inwoners van de Digitale Stad (de eerste gebruikers van de telefoon waren ook mannelijk en hoog opgeleid, zo gaat het verhaal). Het zou dus kunnen zijn dat het gebruikersprofiel in de loop van de tijd verandert en meer evenwichtig van aard wordt.

Toch hoeven deze ontwikkelingen niet passief te worden afgewacht. Een belangrijke wijze om een groter publiek toegang te geven tot de Digitale Stad zijn de publieke terminals. Op dit moment is slechts een klein aantal van dergelijke terminals in de Amsterdam geïnstalleerd, voor de toekomst worden de mogelijkheden bekeken dit aantal uit te breiden. In Amsterdam worden bijvoorbeeld zogenaamde 'digitale voorposten' ingericht waar op verschillende plekken in de stad terminals ter beschikking worden gesteld aan verenigingen, buurthuizen of instellingen, zodat de Digitale Stad aldaar actief kan worden gebruikt. Ervaringen die eerder zijn opgedaan in het bejaardentehuis 'Flessenman', waar nadat enthousiast werd gereageerd op de komst van een publieke terminal, er uiteindelijk geen gebruik van werd gemaakt, laten zien dat een goed beheer van dergelijke terminals een noodzakelijke voorwaarde is. Binnen de organisatie waar de publieke terminal wordt geplaatst kan een persoon verantwoordelijk worden gesteld voor de actieve stimulering en ondersteuning bij het gebruik van de terminals.

 

Potentiële toepassingen van de Digitale Stad

Analoog aan de doelstellingen die Noord-Amerikaanse Free-Nets en de Amsterdamse Digitale Stad zichzelf stellen, kunnen een aantal modaliteiten worden onderscheiden. Op basis van de onderzoeksresultaten wordt bekeken in hoeverre de Digitale Stad aan deze modaliteiten heeft voldaan.

a: Computer- en Internet Trainingscentrum

Een belangrijke doelstelling van de Digitale Stad is het bekend maken van het medium aan een grote groep mensen. Met name het gebruik van Internet was tot voor kort voorbehouden aan Universiteiten of grote bedrijven en Instellingen, waardoor de mogelijkheden daarvan slechts bij een beperkte groep gebruikers bekend waren. De Digitale Stad een grotere groep gebruikers de kans om kennis te maken met de mogelijkheden van Internet en elektronische communicatie. Om te bekijken in hoeverre men er in is geslaagd ook de meer onervaren computergebruikers te interesseren voor zaken als Internet, E-Mail of Elektronische discussies, is gevraagd in hoeverre de bewoners reeds ervaring hadden met dergelijke netwerken en Bulletin-Board-Systemen. Het overgrote deel van de inwoners geeft aan enigszins of veel ervaring (66.6 procent) te hebben met het gebruik van dergelijke netwerken. De overigen maken via de Digitale Stad kennis met de 'digitale snelweg'.

 

 

Tabel 5 REEDS ERVARING MET COMPUTERNETWERKEN?

geen ervaring met computernetwerken 18.9%

weinig ervaring met computernetwerken 14.5%

enigszins ervaring met computernetwerken 37.9%

veel ervaring met computernetwerken 28.7%

Bijna 19 procent van de inwoners krijgt via de Digitale Stad voor het eerst te maken met 'Internet', 'Electronic Mail' en IRC. In totaal behoort 33 procent van de bewoners van de Digitale Stad tot de doelgroep die het systeem kan gebruiken als trainingscentrum voor computer- en Internetgebruik. Dat velen die mogelijkheid hebben aangegrepen blijkt ook uit de antwoorden op de vragen die zijn gesteld via e-mail:

"De Digitale Stad is voor mij een zeer gewaardeerde kennismaking met de wondere wereld van computernetwerken."

"De Digitale Stad is voor mij een laagdrempelige manier om spelenderwijs te leren hoe om te gaan met bulletin-board-achtige diensten, met e-mail en andere vormen van informatie-overdracht en communicatie via de computer."

"Ik vind de Digitale Stad vooral een goed initiatief om mensen eens iets anders te laten doen met hun computer dan tekstverwerken, boekhouden en spelletjes spelen. Hopelijk helpt het veel mensen van hun komputerfobie af wanneer ze de computer op een redelijk mensvriendelijke manier kunnen gebruiken als communicatiemiddel."

b: Poort tot Internet

Hoewel niet opgenomen in de officiële doelstellingen van de Stichting de Digitale Stad, wordt het systeem door veel gebruikers gezien als een poort tot Internet. Veel gebruikers hebben reeds ervaring met het Internet-systeem en gebruiken de Digitale Stad om van Internet-diensten gebruik te maken. Uit de analyse van het gebruik van de Digitale Stad blijkt de populariteit van Internet. In de eerste plaats geeft een groot aantal gebruikers aan dat de toegang tot Internet een belangrijke reden is geweest voor deelname aan het project:

Tabel 6. REDEN TOT DEELNAME

Kennis maken/rondkijken 67,9%

Toegang tot Internet 50,9%

Opzoeken van informatie 37,3%

Contact maken met anderen 21,8%

Volgen en deelnemen aan discussies 19,8%

Overige redenen 16,2%

De toegang tot het wereldwijde netwerk Internet is een goede tweede in de redenen voor de inwoners van de Digitale Stad om op het systeem in te loggen. Een belangrijk deel van deze Internetmogelijkheden is inmiddels afgesloten. Reden daarvan was dat de Digitale Stad anders een oneerlijke concurrentie zou vormen voor commerciële en niet-commerciële Internet-aanbieders als Nlnet of Hacktic netwerk.

In de volgende tabel staat hoe deze functionaliteiten in de Digitale Stad door de inwoners worden gebruikt. De vraag was in eerste instantie Maakt u gebruik van de faciliteit..... (met als antwoordcategorieën veel, geregeld, weinig of geen).

tabel 7: GEBRUIK FACILITEITEN

veel geregeld weinig geen

Internet 24% 30% 23% 23%

Elektronische post 22% 30% 32% 17%

IRC (cafés) 10% 12% 27% 51%

Elektronische Tijdschriften 5% 19% 45% 32%

Discussieplatforms 4% 12% 28% 56%

Informatie politieke partijen 3% 10% 34% 53%

Informatie gemeente 2% 9% 32% 57%

Informatie kantoorwijk 1% 9% 20% 60%

Ook hier blijkt dat het vooral de Internet-faciliteiten zijn die een grote populariteit genieten bij de inwoners van de Digitale Stad. Daarbij moet in ogenschouw worden genomen dat zowel de elektronische post als de 'remote-chat' plaatsvindt via het Internet.

Ook in de e-mail enquête geeft een grote groep gebruikers aan dat de Digitale Stad voor hen vooral een opstap is naar het Internet:

"Voor mij is het voornamelijk een poort, en niet zozeer een bestemming. Nadat de connectie naar de grotere Internet ingekrompen was, kom ik veel minder langs."

"De Digitale Stad is voor mij een (goedkope) mogelijkheid gebruik te kunnen maken van e-mail binnen Nederland "

"De Digitale Stad is voor mij een vertrekpunt voor reizen buiten de stad"

"De Digitale Stad is voor mij de verbinding tussen mijzelf en de rest van de (computer)wereld. Als student informatica heb ik veel plezier van de toegang tot Internet, maar als thuiswonende en thuis afstuderende student, heb ik veel minder vaak de kans om ervan gebruik te maken dan vroeger. De Digitale Stad is dus de uitkomst."

"Het is een lokaal instappunt voor het Internet."

Omdat inmiddels de toegang tot grote delen van het Internet in de Digitale Stad zijn afgesloten, zal in de toekomst deze doelstelling minder sterk naar voren komen. De gebruikers die op zoek zijn naar een 'poort' tot Internet zullen deze steeds vaker moeten zoeken bij commerciële of non-profit Internet-aanbieders. Veel respondenten hebben in de enquêtes ook aangegeven inmiddels te zijn overgestapt op het XS4ALL-systeem.

c: Platform voor informatieaanbieders en educatieve diensten

Uit de eerdere cijfers blijkt dat ruim 37 procent van de gebruikers het opzoeken van informatie opgeeft als reden tot deelname aan het project (tabel 6). 24 procent van de gebruikers raadpleegt vaak of geregeld de elektronische tijdschriften die in de Digitale Stad aanwezig zijn. De informatie van politieke partijen en maatschappelijke instellingen in de kantoorwijk worden minder vaak geraadpleegd (tabel 7). Deze cijfers zeggen echter weinig over de wijze waarop de informatievoorzieningen in de Digitale Stad worden gebruikt. Meer gegevens zullen worden verkregen van een analyse van de zogenaamde 'login-files' die precies aangeven hoe vaak gebruik wordt gemaakt van bepaalde voorzieningen. In de persoonlijke e-mail enquête wordt vaak verwezen naar het gebruik van de Digitale Stad als informatieverstrekker:

"De Digitale Stad is een aangename methode om gericht informatie over bepaalde amsterdamse onderwerpen te zoeken"

"Belangrijk is dat ik veel soorten informatie kan opvragen (Groene Amsterdammer; bibiotheek; gemeentenota's;etc.)"

"De Digitale Stad is voor mij de enige manier om thuis en op het werk gratis toegang te krijgen tot de bibliotheekbestanden van de Nederlandse universtiteiten."

"De Digitale Stad is voor mij een middeltje om te zoeken in bibliotheken, en om echt Amsterdamse zaken als de uit-agenda te raadplegen. Dat betekent al met al een beperkt gebruik. Voor raadplegen en ophalen van bestanden elders in de wereld gebruik ik een andere commerciële UNIX- machine."

d: Een gemeenschapsnetwerk

Een gemeenschapsnetwerk dient ter ondersteuning van de lokale gemeenschap. In beschouwingen over de individualisering van de samenleving wordt gewezen op het feit dat het gevoel van burgers nog onderdeel te zijn van een 'gemeenschap' af neemt. Een gemeenschapsnetwerk kan dit gevoel versterken. Belangrijk voor een gemeenschapsnetwerk is dat het een geografische ligging heeft, zoals de Digitale Stad in Amsterdam.

De Digitale Stad is in de eerste plaats opgezet voor de regio Amsterdam. In de Digitale Stad is het publieke- en bestuurlijke informatiesysteem van de gemeente Amsterdam te vinden. In de verschillende discussiefora kon de discussie worden gevoerd over typisch Amsterdamse onderwerpen als de benoeming van een nieuwe burgemeester, 'bouwen en breken in Amsterdam' en de uitbreiding van schiphol (hoewel dit laatste onderwerp het belang van de regio Amsterdam overstijgt). In de Digitale Stad zijn de programma's van de Amsterdamse politieke partijen te vinden en in de kantoorwijk is verbinding gelegd met een groot aantal Amsterdamse instellingen. Tenslotte werd de Digitale Stad voor een gedeelte ook financieel ondersteund door de gemeente Amsterdam. Een 'virtuele gemeenschap' als de Digitale Stad heeft echter geen vaste geen plek op de landkaart. Ook niet- Amsterdammers hadden dus de mogelijkheid gewoon op het systeem in te bellen (of via Internet te 'telnetten'). Veel niet-Amsterdammers hebben daar gebruik van gemaakt.

45 procent van de inwoners van de Digitale Stad is woonachtig in Amsterdam. Als we de randgemeenten van Amsterdam zoals Amstelveen, Diemen Zaandam en Badhoevedorp meerekenen dan stijgt het percentage tot ongeveer 50 procent van de inwoners van de Digitale Stad die afkomstig zijn uit de regio Amsterdam. 50 procent is dus buiten de Amsterdamse regio woonachtig. Zij zijn waarschijnlijk door de vele landelijke en zelfs internationale (MTV) publiciteit over de Digitale Stad aangetrokken. Opvallend is verder dat een aantal inwoners van de Digitale Stad afkomstig is uit het buitenland (1,3%). Dit zijn Nederlanders (of nederlandstaligen) die wonen in New York (USA), Ottawa (Canada) Canberra (Australië) of dichterbij in Bielefeld, Parijs of Antwerpen.

De Digitale Stad heeft dus geen exclusief 'Amsterdams' karakter. Wellicht zou het Amsterdamse karakter van de Digitale Stad in de toekomst worden versterkt als ook in overige steden digitale netwerken ontstaan (initiatieven daartoe zijn reeds genomen in Rotterdam, Nijmegen en Eindhoven). In de e-mail enquête verwijst een klein deel van de inwoners naar het hier besproken specifieke 'Amsterdamse' karakter van de Digitale Stad:

"De Digitale Stad is een voorbeeld van een poging te komen tot een platform van communicatie tussen mensen die afgespiegeld wordt aan de eigen leefomgeving."

"DDS geeft mij de mogelijkheid om aan lokale maatschappelijke discussies deel te nemen op een vernieuwende manier. Het is een veelzijdiger medium dan de telefoon (meerdere (onbekende) contacten, bellen als je tijd hebt, postbus/antwoordapparaat die/dat geduldig is, etc.); het is sneller en eenvoudiger dan een brief schrijven (postzegel-enveloppe-PTT-en meer van dat gedoe); het is verrassender dan een discussie in de sportkantine (deelnemers uit alle (wind)richtingen)."

"DDS moet een Amsterdams verschijnsel blijven; de achterliggende gedachte dat de DDS een afspiegeling is van de echte stad, is een prima uitgangspunt; alle facetten van de stad moeten terug te vinden zijn in DDS"

"de mogelijkheid om via de Digitale Stad informatie over Amsterdam te krijgen en de mogelijkheid om via de Digitale Stad meningen uit te wisselen heeft voor mij het gevoel van verbondenheid met de stad Amsterdam vergroot"

e: Een kantoorruimte voor lokale entrepreneurs

De functie van de Digitale Stad als kantoorruimte voor lokale entrepreneurs is vrijwel niet ontwikkeld. Commerciële dienstenaanbieders hebben nog geen vaste plek in de stad. Aan de bewoners is niet gevraagd naar een dergelijke functie van de Digitale Stad. Hoewel in het stadsmarktonderzoek ongeveer 60 procent van de bewoners aangeeft de Digitale Stad vooral te zien als een vorm van ontspanning, gebruikt 15 procent van de gebruikers de Digitale Stad in het kader van de dagelijkse werkzaamheden. Een gering aantal respondenten in de e-mail enquête geeft aan in een dergelijk gebruik toekomst te zien:

"Ik gebruik de Digitale Stad op mijn werk om teletekst op te roepen met beurskoersen. Ik ben namelijk een actief belegger en aangezien orders alleen overdag geplaatst kunnen worden is dit een zeer handig hulpmiddel."

"Ik zou wel meer diensten zoals elektronisch bestellen bij bedrijven willen zien, als ook Videotext (met NS-Reisplanner, PTT TeleGids etc.) en/of Teletext."

"De Digitale Stad betekent voor mij een mogelijkheid om het Internet te bezoeken. Zowel voor privé als zakelijk haal ik materiaal van het Internet."

f: Een elektronisch gemeentehuis

Het experiment van de Digitale Stad had mede als doelstelling het voorzien in een platform van discussie rond met name de gemeenteraadsverkiezingen. Hoewel veel discussie gaande is over de vraag of deze doelstelling wel wordt behaald, blijkt uit de volgende tabel dat de inwoners in potentie grote interesse hebben voor de (lokale) politiek. Op de vraag of men interesse heeft in politieke onderwerpen, antwoordt 75 procent tamelijk of zeer geïnteresseerd zijn. 24 procent geeft aan nauwelijks of niet in politieke onderwerpen te zijn geïnteresseerd.

Tien procent van de inwoners van de Digitale Stad geeft aan daadwerkelijk lid te zijn van een politieke partij. Dit percentage is aan de hoge kant. Het landelijke percentage leden van politieke partijen bedroeg in 1991 ongeveer 3,5 procent. Er zijn in de Digitale Stad dus veel 'politiek-actieven' te vinden.

 

Tabel 8. INTERESSE IN POLITIEK

zeer geïnteresseerd 22.3%

tamelijk geïnteresseerd 54.8%

nauwelijks geïnteresseerd 19.1%

niet geïnteresseerd 3.9%

In de discussiegroepen in de Digitale Stad wordt de vraag gesteld of de Digitale Stad wel zo geschikt is voor het onderhouden van de relatie tussen burger en bestuur, omdat lokale bestuurders zelden of nooit in de stad worden gesignaleerd, en de aan hen geadresseerde e-mail slecht wordt beantwoord. Toch ziet een groot aantal bewoners wel potentie in een dergelijk gebruik van de Digitale Stad, zo blijkt uit de e-mail enquête.

"De Digitale Stad is voor mij een handig middel om gemeentelijke verordeningen snel op te halen"

"Een medium om informatie te verkrijgen over Amsterdam. Vooral net voor de verkiezingen heb ik de programma's van een aantal partijen met elkaar vergeleken. E.e.a leidde er bijna toe dat ik mijn keuze voor de verkiezingen van de centrale stad veranderde."

"Daarnaast is DDS een medium, waarbij gewone burgers/geïnteresseerden betrokken kunnen raken bij verschillende discussies over wat actueel is in de stad Amsterdam en omgeving"

"Stapje op weg naar een meer directe democratie, idealiter. Biedt de mogelijkheid een (weliswaar nu nog aan slechts een betrekkelijk beperkte groep van computer+modembezitters in Amsterdam) stem te laten horen over actuele politieke items aan lokale bestuurders."

"In principe zie ik dds als een middel om inspraak te krijgen en te organiseren ten aanzien van overheidsbeleid en -beslissingen."

Echter in dezelfde enquête laat een aantal respondenten tevens een kritisch geluid horen als het gaat om de mogelijkheden de Digitale Stad te gebruiken als democratisch platform:

"In de Digitale Stad leren we over de mogelijkheden en vooral de onmogelijkheden van zo'n medium."

"In het algemeen lijkt het mij een goede manier om contact te leggen tussen bestuur en burgers, al denk ik dat je daar ook niet al te veel van moet verwachten. Het grootste deel van de burgers heeft geen modem, en zal dus geen gebruik kunnen maken van de dienst."

"De Digitale Stad is voor mij een bloem die in de knop gebroken is; een kans op bestuurlijke vernieuwing die door desinteresse van lokale politici en schandelijk ondemocratisch handelen van een stel warhoofden (zgn Digitale Stad bestuurders) direct om zeep geholpen is."

"Ik heb sterke twijfels over de kracht van het medium op dit moment als instrument om de kloof bestuur-burger te verkleinen."

Samenvatting onderzoeksresultaten

De bewoners van de Digitale Stad gebruiken het systeem vooral in de functie van kennismaking met het wereldomvattende computernetwerk Internet. Veel tijd wordt op het Internet gespendeerd, en veel gebruik wordt gemaakt van de e-mail en IRC faciliteiten. Als eerste kennismaking met Internet wordt de Digitale Stad in de meeste gevallen positief gewaardeerd.

Daarnaast wordt de Digitale Stad door velen gezien als een waardevolle bron van (lokale) informatie. Een nadere analyse van de zogenaamde 'log-files' zal een meer specifieke uitspraak over de mate van het gebruik van informatiediensten mogelijk maken.

Functies die de Digitale Stad in de ogen van de gebruikers minder vervullen is de ondersteuning van de lokale gemeenschap. Minder dan de helft van de gebruikers is dan ook afkomstig uit Amsterdam. De gebruikers van buiten Amsterdam zullen zich minder gelegen laten aan de specifieke Amsterdamse informatie in de Digitale Stad. Ook de mogelijkheid van de Digitale Stad als kantoorwijk voor lokale entrepreneurs wordt niet echt onderkend. Slechts een enkeling referereert aan deze functie.

Enige onenigheid bestaat over de vraag of de Digitale Stad de relatie tussen burger en bestuur in de lokale gemeenschap kan versterken. Veel bewoners geven aan wel geïnteresseerd te zijn in de lokale politiek en onderkennen de democratische potentie van een medium als de Digitale Stad. De kritiek is echter dat het voorlopig nog in potentie zal blijven steken. Het eenzijdige profiel (mannelijk, jong en hoog opgeleid) is in de ogen van een aantal respondenten een belemmering tot een dergelijke functie van de Digitale Stad. Daarnaast spreken een aantal inwoners hun onvrede uit over het gebrek van interesse van lokale bestuurders voor (deelname aan) de Digitale Stad.

 

Ontwikkeling van toepassingen in de toekomst

In het voorgaande is bekeken in hoeverre de Digitale Stad op dit moment verschillende functionaliteiten vervult. Deze functionaliteiten zullen zich in de toekomst verder ontwikkelen of wellicht zelfs naar de achtergrond verdwijnen.

* Een Computer- en Internet Trainingscentrum: Een Digitale Stad kan mensen een introductie geven in het omgaan met computers en het Internet. In de zich ontwikkelende informatiesamenleving zal het van steeds groter belang worden vaardigheden te bezitten in het werken met computers en data-communicatie. Slechts een select gedeelte van de bevolking heeft momenteel de beschikking over middelen die de toegang tot computernetwerken als Internet mogelijk maken. In beschouwingen over de gevolgen van de digitale snelweg wordt dan ook al snel gesproken van een dreigende tweedeling tussen de 'information-haves' en de 'information-have-nots', Om een dergelijke tweedeling te voorkomen zal educatie en computer-alfabetisering een belangrijke rol gaan spelen. De Digitale Stad kan hieraan een belangrijke educatieve bijdrage leveren.

Door op beperkte schaal de mogelijkheden van Internet aan te bieden vormt de Digitale Stad voor een grote groep mensen een introductie tot de toekomstige informatiesamenleving. Daarvoor is het belangrijk dat de ontwikkelingen op het Internet of de digitale snelweg op de voet worden gevolgd. De nieuwste mogelijkheden worden steeds aan de gebruikers aangeboden (zoals de huidige grafische interface in dds 2.0). In deze functie kan de Digitale Stad ook een wisselwerking te weeg brengen met commerciële of non-profit Internet-aanbieders. Gebruikers kunnen in de Digitale Stad 'ruiken' aan de onbeperkte mogelijkheden van het Internet. Is men door deze introductie geïnteresseerd geraakt in een volledige Internet-account dan kan de overstap worden gemaakt naar de Internet-leveranciers. Naast een introductie op de toekomstige informatiemaatschappij kan de Digitale Stad tevens een functie vervullen als een leerschool voor computer-gebruik in het algemeen. Met de opkomst van informatie-en communicatietechnologie wordt van burgers steeds meer verwacht dat men dergelijke media weet te hanteren. De Digitale Stad is een concreet project dat mensen laat zien waartoe de nieuwe informatie en communicatie-media onder meer in staat zijn. Op scholen kan daar actief gebruik van worden gemaakt.

* Een poort tot Internet. Deze rol zal de Digitale Stad steeds minder gaan vervullen. Uit concurrentieoverwegingen zijn een aantal mogelijkheden van Internet reeds afgesloten. Om van deze mogelijkheden gebruik te kunnen maken zullen bewoners een abonnement moeten nemen bij een van de Internet-aanbieders als XS4ALL of Nlnet. Wel kan via de nieuwe versie van de Digitale Stad nog uitgebreid gebruik gemaakt worden van het World-Wide-Web.

* Een platform voor informatieaanbieders en educatieve diensten: om te voorkomen dat iedere informatieaanbieder en educatieve dienst die informatie aan burgers of bedrijven ter beschikking wil stellen een eigen infrastructuur aan moet leggen, biedt een community network een verzamelplaats voor informatieaanbieders. Belangrijk zijn in dat geval een eenvoudige, goede menustructuur gericht op informatieoverdracht en de technische ondersteuning van informatieaanbieders. Een voorbeeld van een educatieve toepassing is het Canadese 'Schoolnet'. Schoolnet is een bestaand netwerk dat middelbare scholen met elkaar verbindt en waarin scholieren spelenderwijs kennis maken met de mogelijkheden van elektronische data-communicatie. Dit netwerk ging pas echt leven nadat het op de Canadese Free-Nets werd aangesloten. Dertig procent van de deelnemers aan het Schoolnet logt momenteel in via de Free-Nets.

* Een gemeenschapsnetwerk: Een Digitale Stad kan dienen ter versterking van de sociale structuur in de werkelijke stad. Op deze wijze functioneert de Digitale Stad als gemeenschapsnetwerk ter ondersteuning van de lokale gemeenschap. In sommige beschouwingen over de 'individualisering van de samenleving' wordt gewezen op het feit dat het gevoel van burgers nog onderdeel te zijn van een gemeenschap af neemt. Traditionele ontmoetingsplaatsen lijken in het huidige stadsleven hun functie te verliezen. Een gemeenschapsnetwerk kan een dergelijke functie voor de lokale gemeenschap hernieuwd vormgeven.

Belangrijk is in dit geval dat het netwerk een geografische vestiging heeft (bijvoorbeeld: de Digitale Stad die zich actief richt op Amsterdam) en dat maatschappelijke groeperingen in het netwerk aanwezig zijn. Dit betekent echter niet dat een Digitale Stad de eigen gemeenschap niet kan overstijgen. Via het nationale of internationale netwerk kunnen vanuit de lokale gemeenschap contacten worden gelegd met allerlei plaatsen in de wereld.

Een belangrijk onderdeel van het gemeenschapsnetwerk is de mogelijkheid tot communicatie. In een gemeenschapsnetwerk ontstaat een hechte 'virtuele gemeenschap'. Ook vanuit het verenigingsleven kan een aansluiting op het netwerk tot stand worden gebracht. In het Canadese National Capital Free-Net hebben bijvoorbeeld een groot aantal 'Special Interest Groups (SIG's)' hun plekje gevonden, van de Bird-Watchers-, Cooking and Eating-, the Gardeners Exchange-, tot de Islam-, Chritianity-, baseball-, curling- en Cricket-SIG. Zij gebruiken het Free-Net om informatie uit te wisselen, maar ook om vergaderingen te houden, communicatie op gang te zetten en serieuze discussies te voeren met leden en belangstellenden (zie bijlage 3 voor een uitgebreid overzicht).

* Een kantoorruimte voor lokale entrepreneurs: bedrijven kunnen hun eigen kantoorruimten en vergaderruimten inrichten. Bedrijven kunnen zich bij de stad aansluiten en de werknemers een eigen mailbox, agenda of besloten kantoor aanbieden. Tevens kunnen bedrijven hun diensten en/of produkten in het gemeenschapsnetwerk aanbieden. In het Cleveland Free-Net vinden we bijvoorbeeld een 'Business and Industrial Park' waar allerlei Business-news en informatie van de Kamer van Koophandel is opgenomen en waar de lokale Travel agents, Tax advisers, Clothing shops en Book shops via een soort van 'Gouden Gids-constructie' hun diensten aanbieden. Ook in de Amsterdamse Digitale Stad is een voorzichtig begin gemaakt met het aanbieden van etalageruimte voor commerciële doeleinden. Boekhandel Scheltema is bijvoorbeeld de eerste boekhandel die zich in de commerciële sector van de Digitale Stad heeft gemeld. Ontwikkelingen rondom de grafische interface maken het voor bedrijven steeds aantrekkelijker hun diensten via elektronische media aan te bieden.

* Een digitaal gemeentehuis waar (lokale) overheden in contact kunnen treden met burgers en omgekeerd. Overheidsorganisaties kunnen de Digitale Stad gebruiken om informatie aan te bieden (zoals in de Digitale Stad het Amsterdamse BISA en PIGA-systeem en de informatie van politieke partijen rond de verkiezingen). Elektronische adressen worden gepubliceerd, waarlangs burgers contact kunnen opnemen met ambtenaren of bestuurders. In de Digitale Stad worden tevens platforms ingericht waarin discussies kunnen worden gevoerd over lokale issues. In de Digitale Stad was bijvoorbeeld de gemeentelijke enquête rond het plan Schaefer opgenomen. De response op deze enquête was overigens betrekkelijk laag, hetgeen duidelijk maakt dat deze vormen van elektronische raadpleging en disussie nog verdere ontwikkeling en doordenking behoeven. Een ander noemenswaardig initiatief dat zich richt op de discussie tussen burgers en bestuur is dat van de het Amsterdamse televisiestation 'Beurs-TV' dat televisieprogramma's uitzendt in het verlengde van op de Digitale Stad gevoerde discussies over lokale onderwerpen.

Een voorbeeld van de wijze waarop een virtuele gemeenschap kan functioneren als versterking van de relatie burger-bestuur is het Public Electronic Network (PEN) in het Amerikaanse Santa Monica. Daar hebben discussies op het elektronisch netwerk over de positie van daklozen (waar daklozen zelf ook via de publieke terminals aan deel namen) daadwerkelijk geleid tot overheidsbeleid ter verbetering van die positie. Een ander voorbeeld van het politieke gebruik van een gemeenschapsnetwerk is in het Denver Free-Net waar een zogenaamde E(lectronic)-Democracy experiment is uitgevoerd rondom de Amerikaanse senaats- en gouverneursverkiezingen. Kandidaten konden via dit medium hun standpunten en beleidsvoorstellen uitdragen en verdedigen.

Ook in de Digitale Stad kan de communicatie tussen burgers en bestuur op verschillende wijzen tot stand komen. Als het gaat om het gebruik van informatie- en communicatie technologie ter versterking van de (lokale) democratie, wordt al snel gewezen op direct-democratische mogelijkheden als burgerraadplegingen of elektronische referenda. Bij de opening van het loket Parlement in de Digitale Stad wees Tjeenk Willink er op dat bij dergelijke raadplegingen een gevaar ontstaat dat de slechts de 'waan van de dag' wordt gevolgd. De raadpleging wordt te veel geconcentreerd op één beslis-moment, terwijl een besluitvormingsproces veelal bestaat uit een keten van beslissingen waarbij meerdere actoren zijn betrokken. Een elektronische raadpleging zou daarmee een schijn van democratie op kunnen houden, terwijl van werkelijke invloed weinig sprake is. De vraag is dus in hoeverre een Digitale Stad tevens kan bijdragen aan de facilitering van langlopende procesmatige beslissingen. De combinatie van informatie, communicatie en discussie zou een dergelijk proces mogelijk moeten maken.

 

 

BIJLAGEN

 

Bijlage 1: Doelstellingen van de Digitale Stad

 

 

In de subsidieaanvraag aan de gemeente Amsterdam, formuleert de Stichting de Digitale Stad haar doelstellingen:

- Het initiëren en stimuleren van het publieke debat tussen burgers onderling en tussen burger en bestuur in elektronische discussieplatforms.

- Het creëren van een platform voor het distribueren van overheidsinformatie, zowel bestuurlijke als publieksinformatie.

- Het begeleiden en ondersteunen van maatschappelijke en sociale groeperingen bij het elektronisch aanbieden van hun informatie en participatie in telematica-projecten.

- Het stimuleren van het debat over rechten en plichten van burgers op de elektronische snelweg en het behartigen van consumentenbelangen.

- Het adviseren bij de ontwikkeling van civiele informatiediensten.

- Het plaats bieden aan en verbanden leggen tussen diverse telematica-projecten en dienstenaanbieders, ook in internationaal verband.

- Het ontwikkelen van een gebruikersvriendelijke ontsluiting van informatiediensten (grafische interface, helpdesk, handleidingen).

- Het onderhouden en uitbouwen van contacten met internationale civiele netwerken (Free-Nets).

De bedoeling is daarbij steeds geweest dat de geformuleerde doelstellingen niet worden vastgelegd in uitgewerkte plannen waarin de toekomst van de Digitale Stad wordt uitgetekend. In een bottom-up benadering is gekozen voor een vorm waarin zowel bewoners als dienstenaanbieders mee kunnen werken aan de vormgeving van de stad. Inmiddels lijkt deze aanpak zijn vruchten af te werken gezien een aantal zeer succesvolle 'bewonersinitiatieven' die door de stadsleiding zijn gehonoreerd (zie bijvoorbeeld de digitale metro of de discussiegroep voor en door vrouwen).

 

 

Bijlage 2: Vragenlijst digitaal stadsmarktonderzoek

 

Eerste Stadsmarktonderzoek De Digitale Stad

De digitale stad lijkt gezien het groot aantal deelnemers, in ieder geval in kwantitatieve zin, een succes te worden. In de eerste zes weken dat de stad draait zijn er maar liefst 11.000 bewoners geregistreerd. Het aantal 'logins' is inmiddels de honderdduizend ruim gepasseerd. Er is echter nog weinig bekend over wie deze inwoners van de digitale stad zijn. Nog minder is bekend wat zij van de digitale stad vinden. Met name in verband met de toekomstige ontwikkelingen in de stad is het interessant te weten wat de achtergronden van de bewoners zijn. Daaromben de initiatiefnemers van dds in samenwerking met onderzoekers van de Universiteit Brabant en de Universiteit Utrecht een vragenlijst samengesteld. In twintig vragen wordt geïnformeerd naar de achtergronden van de bewoners van de stad, de wijze waarop zij de stad gebruiken en ook naar hun oordeel over de stad. Het eerste digitale stadsmartkonderzoek is hiermee een feit. Wij verzoeken u vriendelijk de enquête volledig in te vullen. De gegevens zullen uiteraard volledig geanonimiseerd worden verwerkt. Zodra de resultaten bekend zijn zullen ze in de digitale stad worden gepresenteerd en bediscussieerd. Bij voorbaat dank voor uw medewerking.

 

1. Wat is uw geslacht?

- man

- vrouw

 

2. In welk jaar bent u geboren?

19..

 

3. Wat is uw woonplaats?

........................................

 

4. Wat is de hoogste schoolopleiding die u gevolgd heeft, of die u thans nog volgt?

- lager onderwijs

- LBO, MAVO/(M)ULO

- MBO, HAVO, VWO

- HBO

- WO

 

 

5. Wat is uw positie op dit moment?

- loondienst overheid/semi overheid

- loondienst particuliere sector

- zelfstandig beroep

- werkzaam in het huishouden

- student/scholier

- werkloos/arbeidsongeschikt/gepensioneerd etc.

 

6. Wat is uw eigen netto-inkomen per maand?

- 1400 of lager

- tussen 1400 en 2000

- tussen 2000 en 2500

- tussen 2500 en 3000

- hoger dan 3000

 

7. Bent u geïnteresseerd in politieke onderwerpen?

- zeer geïnteresseerd

- tamelijk geïnteresseerd

- nauwelijks geïnteresseerd

- niet geïnteresseerd

 

8. Bent u lid van een politieke partij?

- ja

- nee

9. Op welke partij heeft u bij de gemeenteraadsverkiezingen van 3 maart jl. gestemd?

- niet gestemd

- CDA

- PvdA

- VVD

- D66

- GroenLinks

- SP

- CD/CP'86

- SGP/GPV/RPF

- Lokale Partij

- Anders, nl .............................................

10. De digitale stad bezoekt u meestal via:

- rechtstreeks, via computer en modem thuis

- via faciliteiten op mijn werkplek

- via faciliteiten op de plek waar ik studeer

- anders, nl..................................................

 

11. Had u, voordat u de digitale stad bezocht ervaring met computernetwerken als Bulletin-Board systemen, XS4ALL of Internet?

- geen ervaring met computernetwerken

- weinig ervaring met computernetwerken

- enigszins ervaring met computernetwerken

- veel ervaring met computernetwerken

 

12. Kunt u een schatting maken van het aantal uren dat u in de digitale stad heeft doorgebracht?

Ongeveer ........ uren.

 

13. Waarom bent u inwoner van de digitale stad? (meerdere antwoorden mogelijk)

- Om rond te kijken en de mogelijkheden te verkennen

- Om informatie te zoeken (van de gemeente, politieke partijen, uit de kiosk, verschillende instellingen, etc.)

- Om de verschillende discussiegroepen te volgen (en af en toe mee discussiëren)

- Om te kunnen Data-reizen via Internet

- Om in contact te komen met mensen in de 'cafés' (IRC, Internet Relay Chat)

- anders, nl .................................................................................

 

14. Heeft u sinds uw verblijf in de digitale stad reeds nieuwe contact gelegd met 'medebewoners'?

- zeer vaak nieuwe contacten met medebewoners

- geregeld nieuwe contacten met medebewoners contact

- zelden nieuwe contacten met medebewoners

- nooit contacten met medebewoners.

 

 

 

15 Ik maak vooral gebruik van de faciliteiten in de digitale stad gebruik vanwege:

- mijn werk

- hobby, ontspanning

- overige privé-doeleinden

- anders, namelijk............................

16. Zou u voor elk van de hierna genoemde faciliteiten van de digitale stad kunnen noemen of u er gebruik van maakt?

a. Elektronische Post

- maak er veel gebruik van

- maak redelijk gebruik van

- maak er weinig gebruik van

- maak er geen gebruik van

Kunt u naar eigen schatting aangeven hoeveel tijd u per week aan de Elektronische post besteedt (in minuten, uren of dagen?) ........................

 

b. Elektronische tijdschriften

- maak er veel gebruik van

- maak redelijk gebruik van

- maak er weinig gebruik van

- maak er geen gebruik van

Kunt u naar eigen schatting aangeven hoeveel tijd u per week aan de Elektronische Tijdschriften besteedt (in minuten, uren of dagen)? ........................

c. Publieke informatie gemeente Amsterdam

- maak er veel gebruik van

- maak redelijk gebruik van

- maak er weinig gebruik van

- maak er geen gebruik van

Kunt u naar eigen schatting aangeven hoeveel tijd u per week aan de publieksinformatie van de gemeente Amsterdam besteedt (in minuten, uren of dagen)? ........................

d. Informatie Politieke Partijen

- maak er veel gebruik van

- maak redelijk gebruik van

- maak er weinig gebruik van

- maak er geen gebruik van

Kunt u naar eigen schatting aangeven hoeveel tijd u per week aan de informatie van politieke partijen besteedt (in minuten, uren of dagen)? ........................

 

e. Discussieplatforms

- maak er veel gebruik van

- maak redelijk gebruik van

- maak er weinig gebruik van

- maak er geen gebruik van

Kunt u naar eigen schatting aangeven hoeveel tijd u per week aan de discussieplatforms besteedt (in minuten, uren of dagen)? ........................

 

f. Informatie verschillende organisaties in de kantoorwijk

- maak er veel gebruik van

- maak redelijk gebruik van

- maak er weinig gebruik van

- maak er geen gebruik van

Kunt u naar eigen schatting aangeven hoeveel tijd u per week aan de informatie van verschillende organisaties besteedt (in minuten, uren of dagen)? ........................

g. Data-Reizen via Internet

- maak er veel gebruik van

- maak redelijk gebruik van

- maak er weinig gebruik van

- maak er geen gebruik van

Kunt u naar eigen schatting aangeven hoeveel tijd u per week aan het Data-reizen op Internet besteedt (in minuten, uren of dagen?) ........................

h. De cafés (Internet Relay Chat)

- maak er veel gebruik van

- maak redelijk gebruik van

- maak er weinig gebruik van

- maak er geen gebruik van

Kunt u naar eigen schatting aangeven hoeveel tijd u per week aan de Internet Relay Chat besteedt (in minuten, uren of dagen?) ........................

 

 

17. In welke onderwerpen bent u vooral geïnteresseerd? (meerdere antwoorden mogelijk)

- Kunst/Cultuur

- Sport

- Politiek/democratie

- Economie

- Maatschappijwetenschap (sociologie/psychologie e.d.)

- Computertechniek/informatietechnologie

- anders nl.........

 

18. Wat is uw oordeel over de gebruiksvriendelijkheid van de digitale stad:

- de digitale stad is zeer gebruikvriendelijk

- de digitale stad is gebruikvriendelijk

- de digitale stad is gebruikonvriendelijk

- de digitale stad is zeer gebruiksonvriendelijk

- weet niet/geen mening

 

19. Indien voor de digitale stad maandelijkse inschrijvingskosten zouden worden gevraagd, zou u dan blijven deelnemen aan het project?

- ja

- nee

- weet niet

 

20. Indien ja, welk bedrag zou u er maandelijks voor over hebben:

- tussen de 0 en 10 gulden

- tussen de 10 en 20 gulden

- tussen de 20 en 30 gulden

- tussen de 30 en 50 gulden

- 50 gulden of meer.

 

21. Wat is uw eindoordeel over de digitale stad?

- zeer positief

- positief

- noch positief/noch negatief

- negatief

- zeer negatief

- weet niet/geen mening

 

22. Graag zouden wij persoonlijk in contact treden met de bewoners van de digitale stad om nadere vragen te stellen over hun ervaringen met en hun meningen over de digitale stad. Indien u mee wil werken aan dit onderzoek dan kunt u hieronder uw mail-adres invullen (in de digitale stad of elders), dan wordt op korte termijn contact met u opgenomen.

Mail-adres: ......................................

Uw mail-adres zal niet worden gekoppeld aan de gegevens van het stadsmarktonderzoek, uw anonimiteit blijft dus gewaarborgd.

Overigens kunt u uw op- of aanmerkingen ook mailen aan Kees Schalken, aio aan de Universiteit van Tilburg, die de gegevens uit dit stadsmarktonderzoek verwerkt en nader analyseert. Mailen kan naar: c.a.t.schalken@kub.nl of kiske@dds.hacktic.nl

Wij danken u hartelijk voor uw medewerking!

 

 

 

 

 

Bijlage 3: Special Interest Groups (SIG's) in het National Capital Free-Net (Otttawa Canada)

 

Arts, Literature, Music, History

- Literature

- Poetry

- Writers

- Civil War

- History

- Music

- 60's & 70's Rock

- A Cappella

- Bands

- Bassist

- Bluegrass Music

- Blues

- Choral Music

- Classical Music

- Compact Disk

- Contemporary Christian Music

- Hard Rock

- Hip Hop

- Independent Music

- Jazz

- Marching Music

- Maritime Music

- New Music

- Punk

- Techno/Rave

- Zappa

- Comedy

- Comics

- Language Abuse

- Movie

- Saturday Night Live

- Sherlock Holmes

- Theatre

- Video Production

- Visual Arts

Business

- Business and Environment

- Creativity

- Costomer Satisfaction

- FeeData

- Gas Prices

- Hi-Tech Entrepreneurs

- Home-based Business

- Internet Business Users

- Management

- Project Management

- Public Transit

- Stock Commodity Trading

- Technometer

- Transportation Industry

- Virtual Office

Computer Related

- Amiga Users

- Artificial Intelligence

- Atari Users

- Basic Prgrammers

- C/C++ programming

- Databases

- DECUS

- Geographic Information Systems

- GeoWorks

- Linux

- Lotus Notes Users

- Macintosch Users

- MIDI

- Mutimedia

- Networking

- Online Community

- PC Users

- PowerBuilder Development

- Smalltalk and Object-Oriented Programming

- Software Engineering

- Technical Documentation

- The TeX Users

- User Interface Design

Futurist, Space, Supernatural

- Dreams

- Futures, Trends & Scenarios

- Living in Space

- Paranormal

- Sci-Fiction

- Star Trek

- Star Wars

- Time Travel

- UFO

- Vampire

Games

- X-Files

- Chess

- Contract Bridge

- Computer Games

- Go

- Lateral Thinking

- Pinball

- Role Playing

- Video Games

Health Related

- Asthma and COPD

- Childbirth

- Complementary Healthcare

- Endometriosis

- Medical Topics

- Parkinsons

Hobbies

- Adventure

- Aquarium

- Astronomy

- Bird Watchers

- Black Powder

- Car Audio

- Cat Lovers

- Chaos and Fractals

- Collectibles

- Cooking and Eating

- Crafts

- Dog Lovers

- Gardeners' Exchange

- Genealogy

- Home Audio/Video

- Horse Lovers

- Lighter-than-Air

- Math/Physics

- Miniatures

- Miscellaneous Pets

- Model Railroad

- Photography

- Remote Control

- Restaurant

- Sports Car

- Travel

- Wild Mushroom

- Wine and Beer

Lifestyles, Gender Issues and Relationships

- Christian Youth

- Disablility

- Feminism

- Gay, Lesbian and Bisexual

- Generation X

- Mens Issues

- Parenting

- Seniors

- Seperation, Divorce and Marriage

- Singles

- Youth

Miscellaneous

- Anarchism

- Community Networking

- East Timor Alert

- Homeowners

- Kanata Community

- Military Community

- Muticultural

- Persian

- Philipines

- Ride Sharing

- St. Lawrence Valley Free-Net

- Smoker's Freedom

- Toastmakers

- Vegetarian

- Volunteer Job Exchange

- Waste Management

Nostalgia

- Alberta

- Cape Breton

- Dutch

- Ex-Brits

- German

- Military Brats

- Newfoundland

- Saskatchewan

 

Professional

- Communication disorders/troubles

de communication

- Ergonomics

- Health Professionals

- Legal Advice

-Librarians and Information Professio-

nals

- Museum & Gallery Professionals

- Pilots and Aicraft Owners

- Registered Nurses

- Rehabilitation

- Social Sciences

- Translation/Interpretation

Radio, Television, Media

- Amateur Radio

- Instructional Television

- Propaganda and Media

- Shortwave Listeners

- Radio and Television

- Radio Scanners

Religion and Spirituality

- Buddhism and Meditation

- Christianity

- Eastern Orthodox Christianity

- Ethical Humanism

- Islam

- Judaism

- Pagan Spirituality

- Yoga

Sports and Outdoor Recreation

- Archery

- Baseball

- Basketball

- Boating and Sailing

- Canoeing and Kayaking

- Climbing

- Curling

- Cricket

- Cycling

- Field Hockey

- Fitness

- Football

- Golf

- Hang Gliding

- Karate

- Motor Sports

- NHL Hockey

- Ottawa Area Fishing

- Pro Wrestling

- Racquet Sports

- Ringette

- Rugby

- Running

- Scuba Diving

- Skating

- Skiing

- Soccer

- Target Shooting

- Triathlon/Duathlon

- Ultimate Frisbee

- Volleyball

Teaching and Learning

- Christian Education

- Classrooms on the Internet

- High School Tutoring

- Home Schooling

- Native Language Study

- Russian Language Teachers

- Students