[DDS][Persoonlijk][Post][Wie zijn hier][Index][Plein][Kaart]

8. HOE WORDT EEN DIGITALE STAD OPGEZET: FINANCIERING

Een digitale stad zal op meerdere fronten haar financiering moeten vinden.
De (lokale) overheid kan als subsidiënt en/of klant optreden, informatie-aanbieders kunnen bijdragen in de kosten, er is sponsoring mogelijk op verschillende gebieden en het is mogelijk door samenwerkingsverbanden op een aantal terreinen de kosten te drukken.

8.1. Overheid
In de initiële fase zal een digitale stad een startkapitaal moeten verwerven uit fondsen en/of subsidies. De (lokale) overheid kan hierbij een stimulerende rol spelen. Door participatie vanuit de ambtelijke organisatie kan er in de personele sfeer ondersteuning gegeven worden.
Een permanente subsidie-relatie is voor de duurzaamheid en onafhankelijkheid van een digitale stad uiteindelijk niet een gewenste situatie. De (lokale) overheid kan op den duur de relatie verleggen naar het vergoeden van de diensten die een digitale stad vervult in het kader van ontsluiting van bestuurlijke en publieke informatie en projecten in de sfeer van communicatie van en over beleid.
Een (lokale) overheid kan project-subsidies verstrekken voor stimuleringsbeleid ten aanzien van specifieke sectoren (onderwijs, ouderen, nieuwkomers, midden- en klein bedrijf)

8.2 Maatschappelijke en culturele informatie- aanbieders
Een deel van de exploitatie kan gefinancierd worden uit de vergoedingen en bijdragen van maatschappelijke en culturele organisaties. Voor het aanbieden van hun informatie kan een bedrag in rekening gebracht worden. Hoe bescheiden dit bedrag ook is, veel van de beoogde, kleinschalige participanten hebben geen financiële ruimte voor de kosten die het met zich mee brengt om on-line te gaan. Een basisvoorziening die de barrière van maandlasten zo klein mogelijk maakt is dan ook noodzakelijk. Technische en redactionele assistentie door vrijwilligers, sponsoring en een verzoek tot kwijtschelding van het maandtarief behoren tot de mogelijkheden. Een redactie kan deze verzoeken beoordelen.
Tarieven zijn afhankelijk van de complexiteit van de dienst die gevraagd wordt. Factoren in de prijsberekening zijn: hoeveelheid geheugenruimte, gegenereerd IP-verkeer, procestijd (scripts e.d.), technische en/of redactionele ondersteuning. De Digitale Stad hanteert een tariefstelling die begint met 250,- per maand en oploopt naar 1.000,- per maand. Bedragen die boven dit bedrag uitgaan hebben betrekking op maatwerk en complexere informatiediensten. De implementatie van diensten (opmaak, plaatsing, scripts) kan als een aparte dienst worden ontwikkeld. Er zijn ook talloze bedrijfjes inmiddels actief die dit werk op factuur-basis vervullen.

8.3 Commerciële informatie- aanbieders
Een digitale stad is ook een aantrekkelijke omgeving voor commerciële informatie-aanbieders. Tariefstelling komt tot stand op basis van het bovenstaande. Er komt de mogelijkheid bij om op basis van de plek van vermelding tarieven te ontwikkelen. Informatie-aanbieders zullen prominent in beeld willen komen. Een plaats in een geïndexeerde lijst is minder interessant dan naast een favoriete plek in een digitale stad (bijvoorbeeld het plein). Voor het laatste is een speciaal tarief te berekenen.
Op het terrein van het bieden van een informatie-platform voor bedrijven en ondernemingen zal een digitale stad concurreren met commerciële Internet informatie-diensten. Om valse concurrentie te vermijden die kan ontstaan door (gedeeltelijke) subsidiëring en om de professionaliteit te maximaliseren is het mogelijk om deze activiteit onder te brengen in een aparte rechtsvorm die gelieerd is aan de ideële doelstelling van een digitale stad. Het is ook mogelijk om samen te werken met 'onderaannemers' die een winkelcentrum of kantorenwijk exploiteren.

8.4 Sponsoring
Een digitale stad kan voor een plaatselijke grote onderneming een interessant object zijn om te sponsoren vanuit algemene 'goodwill'-motieven. Vermelding op het hoofdscherm levert veel respons. Daarnaast kunnen speciale gebouwen of diensten gesponsord worden (jongerencentrum, gebouw voor kunst en cultuur, milieu-huis, gezondheidscentrum, helpdesk).
Een digitale stad kan proberen sponsoring in natura te verkrijgen voor de benodigde hardware. De publieke terminals zijn interessante objecten voor bedrijven om te 'adopteren'.
Ook PTT Telecom is belanghebbend: hoe meer er gebeld wordt, hoe meer tikken. Verzoeken tot ondersteuning kunnen op lokaal niveau direct aan PTT Telecom districten gericht worden, of op landelijk niveau: hier zal PTT Telecom Netwerkdiensten de contacten onderhouden met de op te richten vereniging van digitale steden. PTT Telecom districten kunnen zelfstandig beslissen of ze een lokaal initiatief ondersteunen. Dit kan zijn bij de aanleg van lijnen en/of maandlasten, maar ook door technische ondersteuning of het uitvoeren van een verkeersanalyse.
In de Verenigde Staten hebben meerdere Free-Nets de telecominfrastructuur gesponsord gekregen. In Nederland is op dit terrein nog geen volledige concurrentie. Telecom 2, de beoogde concurrent van PTT Telecom, kan op termijn ook een interessante partner worden.


8.5 Bijdragen van bewoners
De keuze van De Digitale Stad om een gratis voorziening te zijn is op twee gedachten gebaseerd. Allereerst vanuit de gedachte dat 'vitale informatie' tot het basispakket van voorzieningen zou moeten behoren. De telefoonkosten die een gebruiker nu in rekening gebracht wordt door PTT Telecom, is reeds een flinke financiële drempel voor mensen om de stap te nemen om deel te nemen aan de informatie samenleving. Extra drempels remt in dit stadium de ontwikkelingen en maakt de doelstelling van een digitale stad, maximale participatie van burgers, moeilijker uitvoerbaar.
Een tweede argument is dat een digitale stad door een gratis voorziening te zijn, erg veel mensen aantrekt. Daarmee wordt het voor informatie-aanbieders interessant om in een digitale stad te staan. In zeker zin is het gratis zijn een 'unique selling point' voor een digitale stad.
Enkele Free-Nets hebben een methode ontwikkeld om toch van gebruikers een vergoeding te vragen. Gebruikers krijgen in principe bij de aanvraag van een e-mail adres een nummercode toegewezen. Voor een persoonlijke inlog-naam (jansen@dds.nl in plaats van CR3498@dds.nl) wordt per jaar 25 dollar gerekend.
Een digitale stad kan voor toegang tot speciale diensten (bijvoorbeeld speciale attracties en internationale e-mail) een vergoeding vragen aan de gebruikers.
Op termijn is het te overwegen dat een voorziening als een digitale stad tot het basispaket gaat behoren dat door de kabel wordt aangeboden en daarmee beleidsmatig gelijkwaardig wordt aan de (lokale) media. Uit de omroepbijdrage en/of lokaal kabel-tarief zal dan ook een communicatie- en informatie-voorziening gefinancierd kunnen worden.


8.6 Samenwerkingen
Door strategische samenwerkingen aan te gaan kunnen op een aantal terreinen kosten worden bespaard. Universiteiten kunnen in natura bijdragen door assistentie bij het systeembeheer en aanbieden van diskruimte en Internet-toegang.
Hierbij moet rekening gehouden worden met het aansluitbeleid van SURFnet. Het aansluiten van een digitale stad als informatiedienst is bespreekbaar. Het is echter in principe niet toegestaan dat toegangsverkeer van particulieren of bedrijven vanuit een digitale stad naar de rest van Internet via SURFnet gaat. Dat betekent dat een deel van het verkeer niet via SURFnet kan verlopen. Het maakt het wel mogelijk dat verkeer vanuit SURFnet via een dergelijke aansluiting kan. Met name op het gebied van IP-kosten kan dit besparend werken.
In het kader van een digitaal stedennetwerk is op veel terreinen samen te werken. Een aantal steden kan in de personele sfeer een systeembeheerder en/of helpdesk delen. Ook op het gebied van hardware en inbelfaciliteiten is het mogelijk de investeringen gezamenlijk te doen. (zie ook hoofdstuk over de organisatie). Op deze wijze zijn aanzienlijke besparingen mogelijk.
Commerciële Internet-aanbieders in de Verenigde Staten leveren vaak tegen zeer geringe of geen kosten een deel van de Internet-toegang (router en huurlijn) aan Free-Nets.

8.7 Financiering netwerk digitale steden
Vanuit de gedachte dat de overheid een stimulerende rol vervult in de ontwikkeling van de elektronische snelweg zijn er argumenten aan te dragen dat de centrale overheid mede de condities en voorwaarden kan aanbrengen voor de tot stand koming van een landelijk netwerk van digitale steden. De Verenigde Staten en Canada zijn Nederland hierin voor ge- gaan.
De vereniging van Free-Nets in Noord-America (NPTN) heeft van de regering Clinton-Gore een 'grant' gekregen van 20 miljoen dollar om het 'Rural Area Network' op te zetten. Dit budget ondersteunt het opzetten van Free-Nets in minder verste- delijkte gebieden. In Canada is 40 miljoen Canadese dollars verstrekt door de provincie Manitoba om in de gehele provincie lokale inbelpunten te creëren.
In Canada is voorgesteld om $ 0.10 per inwoner per jaar van de belastingopbrengsten te reserveren voor de financiering van de Free-Nets.
Een initiële ondersteuning van het Netwerk Digitale Steden in het kader van het Nationaal Actie Plan kan de participatie aan de informatie maatschappij een flinke impuls geven en het geheel op een hoger plan brengen.