Verdonk bedrijft gewoon oude politiek op internet
Voor veel politici is internet niets meer dan een campagne-instrument. Jammer.
Met veel spektakel heeft Rita Verdonk aangekondigd dat ze internet gaat gebruiken om nieuwe politiek te bedrijven. De aankondiging alleen al betekent dat ze niets begrepen heeft van internet en niet weet wat we geleerd hebben van de mogelijkheden.
Haast tegelijk met de komst van internet in Nederland was er al de ambitie om het medium in te zetten om de kloof tussen burger en politiek te verkleinen. In 1994 werd De Digitale Stad als experiment geopend in de aanloop naar de Amsterdamse gemeenteverkiezingen. De gratis internettoegang was direct een groot succes, maar de kloof werd er niet kleiner door. Politici bleven weg.
Net zoals Verdonk nu waren politici toen niet geneigd zich te melden in discussies op internet; de burger moet naar de politicus komen. ’Word lid, maak geld over en stem op mij’ is de boodschap, ook bij Verdonk. Haar website is een campagneinstrument en een fansite, zoals internet ook in de VS voor de presidentsverkiezingen wordt ingezet naast de massamedia.
In theorie leent het medium zich uitstekend voor een rechtstreekse toegang tot burgers en hun gedachten en ervaringen en kennis. Internet kan heel goed functioneren als een soort virtuele ’Derde Kamer’, als input voor de Tweede Kamer. Dat vergt wel een totaal andere benadering. De volksvertegenwoordiger moet zich op internet begeven zoals hij of zij op werkbezoek gaat: luister en maak notities, vat samen en stel vragen. Verdonk zal zich kunnen verbazen over de creativiteit, inventiviteit en kennis die daar gratis aangeboden wordt als je het oprecht zoekt. Een groot voordeel ten opzichte van een werkbezoek is dat ook de burgers die zich niet georganiseerd hebben en niet uitgenodigd zijn voor een bijeenkomst te bereiken zijn. Juist de unieke denkers die geen deel uitmaken van de bestaande overlegstructuren met gevestigde belangen zijn wel, met moeite en volharding, via internet te bereiken. Maar dan moet hun wel een luisterend oor uit de politiek geboden worden en dat is nu niet het geval.
Als Verdonk echt de intentie zou hebben gehad te luisteren naar de burger en nieuwe ideeën en oplossingen wil verzamelen via internet dan had ze zich al lang kunnen begeven in die duizenden online gemeenschappen. Een volksvertegenwoordiger hoeft alleen op de eigen blog te melden op welke website het ’werkbezoek’ plaats zal vinden en dan komt er al een interessante dynamiek op gang. Ook een dergelijk werkbezoek moet, analoog aan een echte, aangekondigd worden. Met een duidelijke aanleiding, een doel en bijbehorende vragen. Een dergelijke internetgemeenschap kan zich daar dan constructief op storten.
Nee, ze zal dan geen fans tegenkomen die haar kritiekloos toejuichen. Ook zal ze er niet mee kunnen aantonen dat grote groepen Nederlanders het met haar eens zijn. Op internet is niemand het ooit met elkaar eens omdat het zo goed mogelijk is om van mening te verschillen. Maar het zijn juist die verschillen van mening die nodig zijn de politiek te inspireren tot goed geformeerde toekomstvisies. Uiteindelijk kun je met een duidelijke visie burgers motiveren en verdien je stemmen. Die verdien je op internet niet door een lege website te openen waar fans van Rita haar ’krant’ te lezen krijgen en in peilingen kunnen ’stemmen’ op thema’s. Verdonk hoort vooralsnog heel erg thuis in de oude media met haar oude politiek.
Reinder Rustema docent nieuwe media aan de Universiteit van Amsterdam
Andere artikelen in deze reeks:
- Politieke partijen hebben geen toekomst (NRC 13 november 2007)
- Laat de beste bestuurders minister worden (NRC 29 augustus 2006)
- Burger is beter af zonder politieke partijen (NRC 11 april 2005)
- Politici begrijpen potentie internet nog steeds niet (NRC 10 december 2002)
reinder.rustema.nl/gepubliceerd